Geascendeerde Meester Saint Germain, 24 december 2007

De wetenschap heeft het concept natuurwetten bedacht. En er zijn zeker wetten die de evolutie van de natuur begeleiden, maar het probleem met de materialistische wetenschap is dat die mensen de indruk heeft gegeven – het fundamentele geloof, het paradigma – dat zelfs de natuurwetten mechanisch zijn en dus altijd op een bepaalde manier functioneren en dat de natuurwetten door niets kunnen worden gewijzigd.

Dit heeft er in verscheidene vorige samenlevingen – die een hoog verstandelijk niveau hadden – voor gezorgd dat zij de overvloed die ze hadden, kwijt zijn geraakt. Een paar samenlevingen hadden zoveel overvloed dat je zou hebben gezegd dat het een samenleving in een Gouden Eeuw was vergeleken met jullie huidige beschaving. En in zekere zin was dat ook zo. Die samenlevingen werden echter op den duur overgenomen door mensen die macht niet evenwichtig hebben gebruikt. Deze mensen zijn uit evenwicht wat macht betreft en zullen altijd proberen macht uit te oefenen over degenen uit evenwicht zijn wat betreft liefde – die daardoor passieve volgelingen van de blinde leiders worden.

Toen de blinde leiders het hadden overgenomen, hebben zij een samenleving gevormd waarin de mensen het heel comfortabel hadden. Maar zij hadden het zo naar hun zin, omdat zij in de eerste plaats het mechanisatiebewustzijn hadden gebruikt om mechanische technologische instrumenten te maken die hen gaven wat zij nodig hadden om hun levensstijl in stand te houden en in de tweede plaats waren zij er door het mechanisatiebewustzijn toe gebracht om te geloven dat er niets anders was dan hun huidige levensstijl, dat er geen grotere overvloed mogelijk was dan zij al hadden, omdat zij volgens de natuurwetten – en de beperkingen die in de natuur op deze planeet waren ingebouwd – niet meer konden krijgen dan ze hadden.

Dit is het scenario dat bedoeld wordt met het gezegde dat onwetendheid een zegen is. De mensen waren onwetend van het potentieel dat zij meer konden krijgen en daarom waren zij in een bepaalde staat gekomen van tevredenheid, een bepaalde staat van comfort, door wat ze hadden. En dit was in grote mate het geval bij de joden in de tijd waarin Jezus verscheen. Daarom moest hij bepaalde wonderen verrichten die de mensen uit het bewustzijn losschudden dat er bepaalde beperkingen waren, dat bepaalde dingen onmogelijk waren voor een menselijk wezen.

De mensen die tegenwoordig vastzitten in het aspect van het mechanisatiebewustzijn dat materialistische wetenschap wordt genoemd, en terugkijken op de tijd van Jezus ontkennen zijn wonderen en zeggen: “Dit gaat in tegen de natuurwetten en daarom kan het vanzelfsprekend niet mogelijk zijn dat iemand de doden kan opwekken, de zieken genezen met een simpel bevel, of over het water lopen of water in wijn veranderen. Jezus moet wel een kwakzalver zijn geweest, hij moet wel een charlatan zijn, hij moet de mensen hebben gehypnotiseerd om ze zijn wonderen te laten geloven. Of de evangelisten hebben het gewoon allemaal bedacht om Jezus speciaal te laten lijken.”

De waarheid is dat de natuurwetten niet mechanisch zijn. Wanneer je een bepaalde mate van Christusbewustzijn krijgt, kun je wat de wetenschap tegenwoordig de natuurwetten noemt, ontstijgen. Je kunt de oneindig creatieve kracht, de uitbreidende en samentrekkende kracht van de Vader-Moeder God – door het evenwicht van de Geest van Christus – gebruiken om een veel hogere manifestatie naar buiten te brengen dan momenteel op aarde mogelijk is.

Wat de wetenschap momenteel beschouwt als natuurwetten, zijn in feite niet Gods wetten. Het zijn de wetten die door het dualiteitsbewustzijn van het mechanisatiebewustzijn worden gevormd waardoor een actie altijd een tegengestelde reactie geeft. Elke actie wordt beperkt door de reactie. Er zijn bepaalde beperkingen die menselijke wezens niet kunnen ontstijgen zolang zij nog in de dualistische bewustzijnsstaat, het mechanisatiebewustzijn, gevangenzitten. Jezus kwam aantonen dat het bij de mensen onmogelijk is om de huidige beperkingen van de natuur te ontstijgen, maar dat met God alles mogelijk is.

Dit is een deel van een langere lering. Het hele dictaat kun je hier lezen.