Machtselite 5: Begrijpen waarom Individuen en Beschavingen zichzelf vernietigen zonder te zien wat ze aan het doen zijn

 

Deze leringen komen uit het boek van Lord Maitreya ‘Master Keys to Spiritual Freedom’.

Passages uit Key 19:

Je van dualistische identiteiten afscheiden

We hebben de cirkel nu rondgemaakt en kunnen de vraag beantwoorden waarom mensen slechte dingen doen en niet in staat zijn te zien wat ze doen en ze vaak zelfs rechtvaardigen als iets goeds. Maar nogmaals, we hebben met een subtiel punt te maken dat enige overpeinzing en uitleg vraagt.

Laten we beginnen door nog eens onze vorige bespreking over jouw oorsprong als individueel wezen door te nemen en te verhelderen. Jouw oorsprong gaat terug op een onsterfelijk wezen in het spirituele rijk. Dit wezen begon zijn bestaan als individualisatie van een wezen op een hoger niveau in het spirituele rijk en deze Keten van Zijn loopt helemaal door tot aan de Schepper. Je spirituele bron werd in een bepaalde sfeer geschapen die destijds het laagste niveau was in de wereld van vorm, een sfeer die nog niet met licht gevuld was. Je ouder werd onsterfelijk door deel te nemen aan het proces om zijn geboortesfeer te verhogen totdat die ascendeerde en een onderdeel werd van het spirituele rijk. Toen die overwinning was behaald, werd een nieuwe sfeer geschapen en jouw spirituele ouder wenste mee te doen aan het proces om die sfeer te verhogen, maar omdat hij al meesterschap had verworven, kon hij zichzelf niet volledig op die nieuwe sfeer projecteren. Als een aantal wezens met een hoog niveau van meesterschap in een pas geschapen sfeer zou komen, dan zouden ze die onmiddellijk verhogen en dat zou het doel om pas geschapen medescheppers geleidelijk te laten groeien, voorbijstreven. Jouw spirituele ouder nam deel aan het proces door verlengstukken van zichzelf te vormen die werden ontworpen om een van de volgende types wezen te zijn:

  • Nieuwe medescheppers die worden ontworpen met een minimaal gevoel van identiteit dat van tevoren al vaststaat en die in de nieuwe sfeer incarneren.
  • Nieuwe engelen die de nieuwe sfeer dienen vanuit het spirituele rijk of (in het geval van jullie sfeer) mogelijk ook vanuit het identiteitsrijk.
  • Spirituele leraren die binnen de nieuwe sfeer werken (de ouders dienen zelf als leraren uit het spirituele rijk).
  • Wezens met een hoger ontwikkelde identiteit en meesterschap dan een nieuwe medeschepper. Dit zijn wezens die het tegenwicht vormen voor de gevallen wezens en die worden gezonden in een poging om hen te redden. Zo’n wezen heeft geen volledig meesterschap, maar wel een uitgesprokener identiteit dan een nieuwe medeschepper. Hij incarneert als nieuwe medeschepper, wat inhoudt dat hij zich bewust moet worden van zijn ware identiteit en in principe ook kan vallen.

Waar je ook vandaan gekomen bent, je bent een individualisatie van je spirituele ouder die zijn eigen ervaring en meesterschap aan het ontwerp van jouw individualiteit heeft toegevoegd. Je werd ontworpen als een uniek individu en hoewel er miljarden en miljarden individuele wezens in de wereld van vorm zijn, is er niemand precies hetzelfde als jij. Je hebt een unieke spirituele individualiteit en daardoor de kans om een geschenk aan de wereld te geven dat niemand anders kan geven.

De unieke individualiteit van medescheppers werd bepaald door hun spirituele ouders en aan een spiritueel wezen meegegeven om de IK BEN Aanwezigheid te scheppen, zoals ik hem heb genoemd. Deze IK BEN Aanwezigheid blijft altijd in het spirituele rijk en is een apart wezen binnen het grotere geheel dat de spirituele ouder is. De IK BEN Aanwezigheid projecteerde zichzelf op het lagere rijk waarin een medeschepper voor de eerste keer vorm aannam als een individueel wezen (wat misschien niet het materiële universum was). Omdat engelen niet geschapen worden om te incarneren in een lager rijk, hebben zij geen IK BEN Aanwezigheid. Maar als ze vallen, dan scheppen hun ouders wel een equivalent van een IK BEN Aanwezigheid om de onuitwisbare blauwdruk van hun individualiteit te houden. Het spirituele wezen dat de Goddelijke Moeder vertegenwoordigt – dat momenteel de geascendeerde meester Moeder Maria is – breekt dan haar lichaam om een Christuszelf voor de gevallen engelen te scheppen die als bemiddelaar kan dienen tussen hun lagere en hogere wezen. Voor alle wezens die het contact verliezen met hun spirituele leraar, wordt zo’n Christuszelf gevormd door diverse meesters die verschillende groepen wezens sponsoren, behalve engelen.

De kern van je individuele wezen of levensstroom is het bewuste zelf dat je het gevoel geeft dat je bestaat. Voor medescheppers heeft het bewuste zelf de taak om een identiteit op te bouwen als medeschepper met God in zijn geboorterijk. De taak van het bewuste zelf voor engelen is dat hij de van tevoren vastgestelde identiteit uitbreidt om een nog betere engel te worden. Met andere woorden, de taak van het bewuste zelf is de identiteit opbouwen waardoor een wezen zich tot uiting brengt en in de wereld van vorm dient. Het bewuste zelf kan dan deze identiteit verfijnen als resultaat van zijn ervaringen.

In het begin hadden alle pas geïncarneerde wezens een spirituele leraar als mentor en het was zijn taak om hen te helpen een identiteitsgevoel op te bouwen dat een combinatie was van twee elementen. De ene was de individualiteit die in de IK BEN Aanwezigheid wordt verankerd. Door opnieuw contact te maken met deze spirituele identiteit krijgt een wezen een kader waarin hij zijn eigen identiteitsgevoel kan opbouwen op basis van keuzes die door het bewuste zelf werden gemaakt. We zouden kunnen zeggen dat, net als al het andere, de identiteit twee aspecten heeft:

  • Het Alpha-aspect is de identiteit die in de IK BEN Aanwezigheid verankerd zit, die van tevoren is vastgesteld door de spirituele ouder.
  • Het Omega-aspect is de identiteit die een wezen opbouwt als hij zich tot uiting brengt in de sfeer waarin hij verblijft.

Als er harmonie is tussen die twee aspecten, zul jij je uiterst tevreden en rustig voelen. Je zult één wezen zijn, een heel wezen – in tegenstelling tot een huis dat tegen zichzelf verdeeld is (Marcus 3:25) – en daardoor kun je het Pad naar Eén zijn afmaken, waardoor je totale identiteit – een combinatie van de Alpha- en Omega-aspecten – onsterfelijk wordt en naar het spirituele rijk kan ascenderen. Het is de taak van je spirituele leraar om je te helpen deze identiteit in je eentje op te bouwen. Met andere woorden, de leraar probeert je niet te dwingen of te manipuleren om een specifieke identiteit op te bouwen. De leraar probeert je echter zo te leiden dat er harmonie tussen de Alpha- en Omega-aspecten ontstaat, wat de enige manier is waarop je onsterfelijk kunt worden.

De leraar probeert je ook te helpen begrijpen dat onsterfelijk worden, betekent dat je lagere identiteitsgevoel, je Omega-identiteit, volledig in harmonie komt met de wetten van God en jouw spirituele identiteit. Let erop dat dit niet betekent dat je niet de vrijheid hebt om te bepalen wat jouw Omega-identiteit is. Je hebt veel vrijheid, maar om heelheid te bereiken moet je die vrijheid uitoefenen binnen de parameters die door je Alpha-identiteit heeft gesteld. De Vader- en Moederaspecten van je Wezen moeten in harmonie samenkomen voor er nieuw leven – de onsterfelijke jij, die het Zoonaspect van God vertegenwoordigt (ongeacht je fysieke geslacht) – geboren kan worden.

We zouden dit kunnen vergelijken met autorijden. Je hebt bepaalde verkeersregels die je begeleiden bij het rijden, maar als jij je aan de regels houdt, kun je overal naar toe waar de weg je brengt. Toen jij je identiteit begon op te bouwen had je geen helder inzicht in de wetten van God of je Alpha-identiteit, dus vormde je een Omega-identiteit die niet in harmonie was met je hogere wezen. Om onsterfelijk te worden moet deze identiteit spiritueel herboren worden en in harmonie gebracht met de bovenste helft van de stroom in de vorm van het cijfer acht van je totale Wezen. De reden is dat enkel wezens die voor de test van onbaatzuchtigheid geslaagd zijn, onsterfelijke wezens kunnen worden, omdat God vanzelfsprekend niet wil dat egoïstische mensen onsterfelijk worden.

Er kwam wel een moment dat je leraar jou de gelegenheid moest geven om de keuze te maken of je er bewust voor zou kiezen om jezelf op één lijn te brengen met je spirituele identiteit. Je moest het identiteitsgevoel opgeven dat je tijdens je fase als neofiet had gevormd en één met je ware identiteit worden. Zoals ik geprobeerd heb uit te leggen was dit niet iets wat je van buitenaf opgedrongen wordt. Jouw eigen hogere wil wilde dit eenzijn bereiken in plaats van in een verdeelde staat te blijven die alleen maar lijden kan veroorzaken. Jouw ego ontstaat vanzelfsprekend omdat er een scheiding zit tussen je hogere en lagere wezen en die kan de wil van je hogere wezen alleen maar zien als iets wat van buitenaf komt. Dus moet het bewuste zelf de illusie van het ego overwinnen. Dit is de keuze maken of je identiteit op de geest van Christus berust – die alleen jouw spirituele identiteit kent – of de geest van de antichrist, die nooit je ware identiteit te weten kan komen.

***
In de eerste drie sferen die werden geschapen in de wereld van vorm, slaagden alle wezens voor deze initiatie en werden een onsterfelijk wezen, maar in de vierde sfeer rebelleerde een groep wezens juist tegen dit proces. Ze weigerden hun Omega-identiteit in overeenstemming te brengen met hun Alpha-identiteit. Ze weigerden de wil van hun bewustzijn in overeenstemming te brengen met de wil van hun eigen spirituele zelf (of voor engelen: met de wezens die hen geschapen hadden). Daardoor schiepen ze een Omega-identiteit op grond van de geest van de antichrist in plaats van een identiteitsgevoel gebaseerd op de Christusgeest: één met al het leven zijn. Daardoor plaatsten zij hun Omega-identiteit apart van hun Alpha-identiteit en alle andere delen van het leven. Met andere woorden, die wezens schiepen het identiteitsgevoel dat je een gescheiden wezen bent en omdat ze allemaal om dezelfde reden in opstand kwamen, vormden ze een superstructuur die ik heb beschreven als een gescheiden geest, entiteit of beest.

Tijdens het proces van de zondeval werden andere dualistische identiteiten geschapen en een aantal van hen werd door veel wezens versterkt. Mijn punt is dat er geen gescheiden identiteit was, geen identiteit die was gebaseerd op de geest van de antichrist, toen de eerste wezens rebelleerden. Voor medescheppers was het probleem, zoals ik eerder heb uitgelegd, dat veel van hen weigerden de leiding over hun leven te nemen omdat ze niet zelf beslissingen wilden nemen. Medescheppers mochten dit wel een tijdlang doen, maar er kwam een moment dat ze een besluit moesten nemen. En zodra er een gevallen identiteit was, werd het mogelijk dat medescheppers ervoor kozen om in die identiteitsstaat te komen in plaats van een eigen identiteit als gescheiden wezen op te bouwen. Voor engelen was het probleem dat ze kritisch en star werden, wat er ook voor heeft gezorgd dat ze weigerden zichzelf te transcenderen. Zij werden ook verleid om een van tevoren vastgestelde gescheiden identiteit aan te nemen.

Wanneer een wezen weigerde om een stap hoger te doen en bewust een identiteit te vormen die gebaseerd werd op de waarheid van Christus, deed hij dat vaak omdat het veel te zwaar of een te grote verantwoording leek. Het was gemakkelijker om iemand anders te blijven volgen. Veel studenten wilden wel dat hun leraren hen bleven vertellen wat ze moesten doen. Vanzelfsprekend moet een echte spirituele leraar op den duur weigeren deze rol te spelen en vanaf dat moment moet de student onvermijdelijk zelf keuzes maken.

Een identiteitsgevoel dat je een gescheiden wezen bent creëren op basis van de antichrist was oorspronkelijk veel meer inspanning dan een identiteit opbouwen op basis van de Christusgeest met de hulp van een spirituele leraar. Maar toen de eerste gescheiden, dualistische, identiteiten er waren, kregen studenten een alternatief om het zelf te doen. Ze konden gewoon in de vorm stappen van een van tevoren vastgestelde identiteit die was gebaseerd op de geest van de antichrist. Ze konden kiezen om een deel te krijgen van de ‘vrucht’ van zo’n van tevoren vastgestelde identiteit, die kennis had van het relatieve goed en kwaad, omdat die uit het dualiteitsbewustzijn werd geschapen. Zodra wezens een hap van de verboden vrucht hadden gegeten, hoefden ze zelf geen keuzes meer te maken. Ze konden gewoon met de stroom meegaan van de nieuwe identiteit, zoals een kudde schapen hun leider-schaap volgt. Dus als een wezen niet naar een echte leraar wilde luisteren – die eiste dat hij een stap hoger moest doen om zelfvoorzienend te worden – kon hij ervoor kiezen om een valse leraar te volgen die dat niet van hem eiste. Voor wezens die niet hun eigen beslissingen wilden nemen, leek het volgen van een valse leraar dus minder inspanning op te leveren. Valse leraren zullen je maar al te graag vertellen wat je moet doen en nooit eisen dat je zelf nadenkt omdat ze willen dat je hen blindelings volgt. Bovendien zitten de dualistische entiteiten vast aan de beesten achter hen en dit zorgt voor een agressieve aantrekkingskracht op het emotionele en mentale lichaam van wezens die in de grijze zone van twijfel zijn gestapt. Deze aantrekkingskracht is vaak de factor die de geest van de wezens overweldigt die een huis geworden zijn dat tegen zichzelf verdeeld is (Marcus 3:25). De aantrekkingskracht laat het lijken alsof het volgen van de valse leraar gemakkelijker is dan de echte leraar volgen die volgens de Wet van Vrije Wil geen druk op de gedachten van de student mag uitoefenen.

Zodra je in een van tevoren vastgestelde identiteit stapte, werd er een ego voor hen gecreëerd en dit ego zou de meeste dagelijkse beslissingen nemen, zodat het bewuste zelf zich in zijn ‘holletje’ terug zou kunnen trekken. Ook zouden andere wezens die al lang geleden voor een verkeerde identiteit hadden gekozen als leider kunnen fungeren. En tot slot zou de zwaartekracht van het beest zelf hen meetrekken. Met andere woorden, zodra wezens ervoor hadden gekozen om bij die club te gaan zouden ze er mee weg kunnen komen dat ze geen eigen beslissingen meer namen. Wat is ervoor nodig om bij die club te komen? Ieder identiteitsgevoel van een gescheiden wezen wordt gebaseerd op een specifieke dualistische leugen, om die identiteit dus te krijgen moet je de leugen accepteren – die natuurlijk wordt voorgesteld als de absolute waarheid. Nu komt het essentiële punt. Zodra je die leugen hebt geaccepteerd, moet je plechtig beloven dat je er nooit meer aan twijfelt!

Als je besluit aan de leugen te twijfelen, dan zullen de gecombineerde krachten van je eigen ego, andere gevallen wezens die de leugen accepteren en het beest zelf, er alles aan doen wat in hun macht ligt om te voorkomen dat je de leugen doorziet en opgeeft. Mijn punt is dat bij de club gaan geen inspanning kost– dat je dit kunt doen door de beslissing te nemen dat je geen beslissing neemt – maar dat het een totaal andere inspanning vergt om eruit te stappen. Een identiteit die gebaseerd wordt op de geest van de antichrist is een club die geen voorzieningen heeft getroffen om je lidmaatschap op te zeggen. Zodra je erbij hoort, wordt er verondersteld dat je er altijd bij blijft, dat jij je licht blijft voederen aan het beest dat nu je nieuwe god is geworden.

Natuurlijk werd dit je niet verteld voor je erbij ging, maar de reden was dat je het besluit had genomen om niet naar je spirituele leraar te luisteren en daardoor kon je ook niet gewaarschuwd worden. In plaats van het Pad naar Eén zijn te nemen nam je het pad dat de minste weerstand scheen. In werkelijkheid bleek dit het pad van de meeste weerstand te zijn, het pad van gescheidenheid, het pad van de dood. Zoals ze zeggen wanneer je een contract tekent: “Lees altijd de kleine lettertjes.” Het enige probleem is dat de geest van de antichrist geen kleine lettertjes heeft, want de kleine lettertjes staan in de Christusgeest. Zelfs gevallen wezens en wezens die verblind zijn door de dualiteit hebben toegang tot de Christusgeest met hun Christuszelf die Jezus als de Pleitbezorger heeft beschreven. Later zal de pleitbezorger, de Heilige Geest die de Vader jullie namens mij zal zenden, jullie alles duidelijk maken en alles in herinnering brengen wat ik tegen jullie gezegd heb” (Johannes 14:26). De vraag is of ze zullen luisteren naar hun innerlijke leraar of naar een leraar van buitenaf – zelfs de ‘externe’ leraar die het ego is.

***
We kunnen dan begrijpen waarom mensen slechte daden doen zonder te zien wat ze aan het doen zijn; zonder te beseffen dat wat ze aan het doen zijn, ingaat tegen alles wat ze zeggen te geloven, waardoor ze hypocriet worden. De reden is dat ze eigenlijk niet nadenken over wat ze aan het doen zijn en daardoor niet zien dat wat ze doen, slecht is. Omdat ze niet nadenken, kunnen ze niet de tegenstrijdigheid zien tussen wat ze zeggen te geloven en wat ze in feite doen. Daarom kunnen mensen geloven dat God hen zal belonen als ze mensen doden die niet lid zijn van hun religie, zelfs als hun religie het gebod kent dat ze niet mogen doden. Iemand anders doden in naam van God is natuurlijk de allergrootste vorm van hypocrisie die op aarde bekend is.

Hoe kan het dat mensen niet kunnen begrijpen dat dit hypocriet is; waarom denken ze niet na? Omdat hun bewuste zelf heeft geweigerd om naar het volgende niveau van het pad te gaan, het niveau waarop je volledig de verantwoording neemt voor de vorming van jouw identiteit en de verantwoording neemt voor je eigen groei, zelfs je eigen verlossing. In plaats van deze verantwoording te accepteren weigerde het bewuste zelf om zelf na te denken en beslissingen te nemen. Hij kwam toen bij een massa-identiteit en doet nu blindelings wat de leiders in die bewustzijnsstaat zeggen. Hij is een blinde volgeling geworden van de blinde leiders en die blindheid verhindert dat je het voor de hand liggende ziet. De valse identiteit wordt op een leugen gebaseerd en de leugen gebruikt het dualiteitsbewustzijn – dat alles kan rechtvaardigen – om de handelingen goed te keuren en hen niet als slecht af te schilderen. Daarom zijn mensen in staat om de allerslechtste daden te plegen terwijl ze het gevoel hebben dat dit helemaal gerechtvaardigd is en zelfs het gevoel hebben dat ze de allerhoogste goedkeuring hebben omdat God hen heeft verteld dat ze mogen doen wat ze hebben gedaan.

Een heel duidelijk voorbeeld hiervan zijn de kruistochten. We hebben twee groepen mensen die allebei beweren dat ze zich wijden aan hun geloof en zich er volledig aan wijden om de wil van hun God uit te voeren. De allergrootste ironie is wel dat zowel christenen als moslims zeggen dat hun religieuze traditie op het Oude Testament wordt gebaseerd. Ze beweren dat ze beiden de God uit het Oude Testament vereren, die zij als de enig echte God zien en als de God van Abraham definiëren. Ze geloven ook dat deze God Mozes heeft gebruikt om de tien geboden op te halen, waarvan één zegt: “Gij zult niet doden” (Exodus 20:13). Hoe kan het dan dat deze twee groepen elkaar nu doden, terwijl ze allebei vinden dat hun handelingen door hun God worden goedgekeurd? Hoe kan de ware God van Abraham zijn volgelingen het gebod geven om niet te doden en dan tegen twee groepen te zeggen – die allebei beweren dat ze die God aanbidden – dat ze elkaar in zijn naam moeten doden?

Ik weet heel goed hoe zoiets kan gebeuren, omdat er namelijk in het Oude Testament veel passages zijn waarin – naar veronderstelling – de ‘enig ware God ‘ zijn uitverkoren volk heeft verteld dat ze de mensen die niet uitverkoren waren, moesten doden. En door de hele geschiedenis heen hebben christenen, moslims en joden deze passages gebruikt om een hele reeks gruweldaden goed te keuren die allemaal het onvoorwaardelijke gebod om niet te doden schenden. Maar wat is de waarheid natuurlijk? Is het echt mogelijk dat de echte Schepper van de wereld van vorm – die zelfbewuste wezens een deel van zijn Wezen heeft gegeven – beveelt om een groep mensen op een heel kleine planeet, die aarde heet, te doden die ook uit het Wezen van de Schepper zijn voortgekomen? Of is er nog een andere verklaring voor?

Wat zou zo’n verklaring kunnen zijn? Het lijkt alsof we bij een punt gekomen zijn waarop onze volgende logische stap is dat we de rol van religie op deze planeet onderzoeken. Per slot van rekening is het onderwerp van dit boek hoe je spirituele vrijheid kunt krijgen. In het ideale geval zou religie een middel moeten zijn om je die vrijheid te geven. Toch lijkt het nodig dat we er nu over gaan nadenken of het dualiteitsbewustzijn de oorspronkelijke bedoeling zou kunnen ondermijnen en religie in een middel veranderen om jou je spirituele vrijheid af te nemen. We zullen dat in het volgende hoofdstuk doen, maar eerst wil ik een cruciaal punt aansnijden.

***
Je hoeft geen profeet te zijn – gewoon een student in de menselijke psychologie en geschiedenis – om te voorspellen dat sommige mensen de leringen in dit boek zullen gebruiken om te redeneren dat de belangrijkste oorzaak van alle menselijke problemen is dat een aantal gevallen wezens op deze planeet incarneert. De manier om alle problemen op te ruimen is dat je deze mensen identificeert en ze óf van de planeet afhaalt door hen te doden óf te waarborgen dat ze geen macht in de maatschappij krijgen.

Ik vertrouw erop dat de bewustere studenten kunnen zien dat die mensen zo redeneren omdat ze vastzitten in het gevallen bewustzijn. Ze zien alles door het filter van de dualiteit en daardoor denken ze in termen van ‘ons’ tegen ‘hen’, wat precies is hoe een gevallen wezen denkt. De mensen die mijn leringen zouden gebruiken om vijandigheid op te wekken ten opzichte van andere mensen, zitten zelf vast in het bewustzijn dat alle problemen op aarde veroorzaakt. Daardoor kunnen ze vanzelfsprekend pas iets bijdragen aan de oplossing wanneer ze zichzelf bevrijden uit dat bewustzijn.

Daarom zal ik – in de sterkst mogelijke bewoordingen – iedereen die dit boek leest, aanmoedigen om erover na te denken dat het gevallen bewustzijn deze planeet al heel lang beïnvloedt. Het is in principe onmogelijk om op deze planeet te incarneren zonder door dit bewustzijn beïnvloed te worden. In feite is de overgrote meerderheid van de mensen die op dit moment geïncarneerd is, gevallen of verblind geraakt door het gevallen bewustzijn, iets wat vele levens geleden al is gebeurd. Daardoor hebben ze heel lang de tijd gehad om elementen van het gevallen bewustzijn in te lijven bij hun lagere wezen, hun identiteit, gedachten en gevoelens – wat de meeste spirituele en religieuze mensen de ziel noemen.

In werkelijkheid is de ‘entiteit’ die de mensen meestal ziel noemen, niet iets wat God heeft geschapen. Technisch gesproken is het een voertuig dat is gecreëerd door de spirituele ouders toen ze een verlengstuk van zichzelf naar de dualiteit lieten gaan. Uit liefde voor jou hebben ze je een voertuig gegeven dat jij vervolgens kunt gebruiken als fundament om je tot uiting te brengen in het materiële universum. De inhoud van dat voertuig is echter door jou geschapen, omdat jij beslissingen neemt die op de dualiteit gebaseerd worden. Hier is meer uitleg voor nodig, maar voor we daaraan toe zijn, zal ik je eraan herinneren dat zelfs gevallen wezens de kans hebben gekregen om in een spirituele schoolklas te zitten met een verlichte leraar.

***
Je kunt stellen dat de ziel – of tenminste de inhoud van het voertuig van je ziel – een uitgroei is van wat ik tot dusver het Omega-aspect van je identiteit genoemd heb, namelijk wat je bewuste zelf als taak heeft te scheppen. Er moet echter een cruciaal onderscheid worden gemaakt. In het ideale geval zou jij je volledig wijden aan het Pad naar Eén zijn volgens de instructies van je leraar. Dan zouden jij en je leraar niets voor elkaar verbergen. Wanneer je een beslissing nam op grond van de Christusgeest, dan zou de beslissing en de herinnering eraan in je causale lichaam terechtkomen, zodat iets wat jij bereikt had, niet verloren ging. Dat heeft Jezus jouw schat in de hemel genoemd (Matteüs 19:21), en het is in principe een verzameling van alle beslissingen die op het Christusbewustzijn berusten. Je bewuste zelf zou daar bij het nemen van beslissingen in de toekomst voordeel van kunnen hebben.

Toen je een onvolmaakte beslissing nam – of die nu berustte op onwetendheid of de geest van de antichrist – kon die beslissing vanzelfsprekend daar niet heen, maar zolang je die niet voor je leraar verborgen hield, zou de leraar je helpen om iets van die beslissing te leren, hij zou het karma op zich nemen en opruimen en daarna zou hij je helpen om de herinnering daaraan te boven te komen. Met andere woorden, je fout werd veranderd in een positieve leerervaring – die wel kon opstijgen naar je causale lichaam – en de onvolmaakte aspecten van het incident zouden worden verteerd; alsof ze nooit hadden bestaan. Daardoor zou de beslissing geen elementen achterlaten van het incident of jouw opzettelijke onwetendheid in de Omegabetekenis van je identiteit – die zou in overeenstemming zijn met je Alpha-identiteit, hoewel jij je hier misschien niet van bewust bent. Toch zou er geen deling of ‘ruimte’ tussen je hogere en lagere identiteit zijn.

Toen je voor het eerst besloot om dingen voor je leraar te verbergen, werd het leerproces – tenminste gedeeltelijk – onderbroken en je onvolmaakte beslissingen konden niet uitgepoetst worden. Daardoor moest er een ‘ruimte’ gemaakt worden om ze in op te slaan tot je besloten had om terug te keren op het pad en de onvolmaakte keuzes in volmaakte leerervaringen te veranderen. Zolang je nog in die schoolklas zat, bevond die ruimte zich in het Wezen van de leraar, want alles in de schoolklas zat in het Wezen van de leraar. Nadat je besloot om de band met je leraar te verbreken en onderworpen werd aan het proces van reïncarnatie, had je een voertuig nodig dat je herinneringen van leven naar leven mee kon nemen, zodat je het wiel niet opnieuw hoefde uit te vinden – of liever, jezelf weer uit te vinden – en opnieuw dezelfde fouten te maken bij iedere nieuwe incarnatie. Dat voertuig, die gescheiden ruimte, noemen de meeste spirituele leraren de ziel. Natuurlijk weigerde het bewuste zelf om besluiten te nemen toen jij je afkeerde van je leraar en toen nam het ego dat over. Je ego kan enkel besluiten nemen die gebaseerd worden op het dualiteitsbewustzijn, dus sindsdien heeft het ego meer macht over je ziel dan jouw bewuste zelf.

De ziel bestaat uit beslissingen die gebaseerd worden op het dualiteitsbewustzijn. Sommige beslissingen zijn misschien beslissingen die mensen gewoonlijk slecht of kwaadaardig noemen, terwijl mensen andere beslissingen meestal goed noemen. Mijn punt is echter dat al die beslissingen waren beïnvloed door het dualiteitsbewustzijn, want anders waren ze wel deel geworden van jouw schat in de hemel. Maar ook al zijn die beslissingen onvolmaakt, ze hebben wel het potentieel om ze in leerervaringen te veranderen die deel worden van je causale lichaam en jou kunnen helpen om spiritueel te groeien. Daarom zeggen alle spirituele leringen in principe dat de ziel weer op kan staan of gered worden. In werkelijkheid staat niet de ziel, maar de beslissingen en de energie die de ziel vormen, weer op.

De wederopstanding van de ziel is geen proces dat plaatsvindt omdat een of andere externe verlosser dat voor jou doet. Dit proces vereist dat je bewuste zelf naar de eerdere beslissingen wil kijken en ze – door er met een spirituele leraar aan te werken – in positieve leerervaringen te veranderen, wat inhoudt veranderingen die je helpen om het bewustzijn te transcenderen dat ervoor heeft gezorgd dat je die beslissingen in de eerste plaats nam. In plaats van een bron van pijn te zijn zouden je eerdere beslissingen als een bron gezien moeten worden die je kan helpen om de wenteltrap van het leven te beklimmen. Ze kunnen in leerervaringen veranderd worden, maar je moet ernaar kijken, begrijpen waarom ze dualistisch zijn en ze bewust vervangen door betere beslissingen. Maar totdat het bewuste zelf de verantwoording voor zichzelf begint te nemen kunnen mensen niet naar het verleden kijken. Ze proberen te vermijden om ernaar te kijken of ze proberen hun handelingen te rechtvaardigen en te verdedigen in plaats van neutraal naar de les te kijken. Dit zorgt ervoor dat ze dezelfde patronen steeds opnieuw herhalen wat in zekere zin wederom een kans is om de noodzaak om te veranderen te zien. Onthoud altijd dat de bedoeling van het leven is dat je leert en groeit, zelfs je fouten kunnen stapstenen worden voor groei – zolang het bewuste zelf bereid is zichzelf te transcenderen en spiritueel herboren te worden.

Dit leidt tot een heel belangrijk besef. Er zijn mensen op aarde die zich volledig met hun fysieke lichaam identificeren, maar de meeste spirituele mensen zijn zich er wel van bewust dat ze meer zijn dan hun lichaam en veel zien dit ‘meer’ als de ziel. Daardoor identificeert de overgrote meerderheid van de spirituele en religieuze mensen zich met hun ziel en denkt dat de ziel weer moet herrijzen of onsterfelijk worden. In werkelijkheid kan de ziel niet onsterfelijk worden zoals we net vastgesteld hebben. Dit betekent dat je de ziel – en de individuele beslissingen die de ziel vormen – moet laten sterven. Je moet de ziel opgeven, zodat ze naar haar bron terug kan keren. Dit proces illustreerde Jezus met de kruisiging. Het kruis symboliseert dat je immobiel wordt gemaakt door de dualistische beslissingen op de vier niveaus van je geest. Deze beslissingen vormen de ziel en omdat ze dualistisch en onecht zijn, moeten ze vervangen worden door beslissingen die door de Christusgeest genomen worden. Maar om een dualistische beslissing te vervangen moet je accepteren dat die onecht is en dan moet je de beslissing – een deel van je ziel – laten sterven. Met het sterven aan het kruis illustreerde Jezus dat het bewuste zelf, om weer te kunnen herrijzen, de ziel moet laten sterven; hij moet het spook opgeven (Matteüs 27:50) van het dualistische identiteitsgevoel, namelijk de ziel. Dat de ziel sterft – de gescheiden, sterfelijke jij – is de eerste vereiste om de echte jij, het bewuste zelf, te laten herrijzen met een nieuwe identiteit die wordt gebaseerd op de eenheid met de Christusgeest.

Als jij je vereenzelvigt met je ziel, dan zul je denken dat jij sterft en er niet meer bent als je ziel dood is. Daardoor kun je de ziel niet loslaten, het verleden niet loslaten en dit wordt een spirituele catch-22. Je vereenzelviging met de ziel blokkeert juist het proces van leven, de handeling om te transcenderen, waardoor je de ziel – de onvolmaakte identiteit – laat sterven, zodat de echte jij – het bewuste zelf – herboren kan worden met een hoger identiteitsgevoel. De meestersleutel om spiritueel te groeien is het besef dat het bewuste zelf de kern van je wezen is dat meer is dan welk aspect ook van je lagere wezen, meer dan de ziel. Enkel wanneer de bewuste zelf zich uit de lagere identiteit optrekt, zul jij pas vooruitgaan op het spirituele pad.

***
De reden dat ik deze lering op dit moment geef, is dat die leidt tot een heel belangrijke conclusie. In principe heeft iedereen op aarde een ziel die door het gevallen bewustzijn wordt beïnvloed. Zoals de Bijbel beschrijft: “Iedereen heeft gezondigd en ontbeert de nabijheid van God” (Romeinen 3:23). Dit zou aanleiding moeten zijn tot grote nederigheid die kan voorkomen dat mensen een negatieve houding ten opzichte van een ander ontwikkelen. Het klopt dat er mensen zijn die wezens zijn die in een hoger rijk zijn gevallen. Ze hebben zich volledig met het gevallen bewustzijn geïdentificeerd en ze hebben zo’n ingewikkeld identiteitsgevoel opgebouwd dat het voor hen moeilijk is om verder te kijken. Toch hebben deze wezens ook een bewust zelf dat de potentie heeft om zich uit de gescheiden identiteit te projecteren en zich te identificeren met en als die identiteit. Daardoor heeft ieder menselijk wezen de potentie om zijn huidige identiteitsgevoel te ontstijgen en is het essentieel dat de meest spiritueel bewuste mensen zich op die potentie concentreren. Je moet zoals Moeder Maria in haar boek uitlegt, het volmaakte concept voor iedereen voor ogen houden.

Een basale drijfveer van het gevallen bewustzijn is dat het zegt dat er mensen zijn die beter zijn dan anderen. Als spirituele mensen andere mensen beginnen te zien als gevallen wezens of gevallen engelen en zich superieur beginnen te voelen, dan hebben die mensen het gevallen bewustzijn niet getranscendeerd. Zij zijn gewoon ten prooi gevallen aan een van de subtielere aspecten ervan. Daarom moet je doen wat Jezus heeft gezegd in de volgende uitspraak:

3 Waarom kijk je naar de splinter in het oog van je broeder of zuster, terwijl je de balk in je eigen oog niet opmerkt?
4 Hoe kun je tegen hen zeggen: “Laat mij de splinter uit je oog verwijderen,” zolang je nog een balk in je eigen oog hebt?
5 Huichelaar, verwijder eerst de balk uit je eigen oog, pas dan zul je scherp genoeg zien om de splinter uit het oog van je broeder of zuster te verwijderen. (Matteüs 7)

Mijn punt is dat jij je in de eerste plaats moet concentreren op het te boven komen van de elementen van het gevallen bewustzijn in je eigen wezen in plaats van ze bij andere mensen te zien. Ik zeg hiermee niet dat de top tien procent van de meest spirituele mensen op aarde niets mag zeggen over het dualiteitsbewustzijn en de mensen die het belichamen. Want als ze dat zouden doen, dan kan de bevolking nooit geïnformeerd worden over het bestaan en de invloed van het gevallen bewustzijn.

Ik zeg dat het averechts werkt (tenminste tot je een bepaalde fase van Christusschap bereikt) om te zeggen dat mensen gevallen wezens zijn. In plaats daarvan kun jij je veel beter concentreren op het herkennen van het gevallen bewustzijn in al zijn variaties en aantonen dat het mensen en de maatschappij beïnvloedt. Door het onderwerp te depersonaliseren, verklein je het risico op dualistische strijd tussen mensen en groepen mensen. En zodra de maatschappij begint te herkennen dat een bepaalde bewustzijnsstaat dualistisch is, wordt het gemakkelijker voor mensen om zich daaruit terug te trekken. Als mensen dit weigeren, zullen ze zich op den duur isoleren en blootleggen, maar dat is wat anders dan iemand die begint anderen een etiket op te plakken. Mijn punt is dat er veel bereikt kan worden als je een bepaalde bewustzijnsstaat herkent en daardoor mensen de kans geeft om zich daaraan te onttrekken in het privédomein van hun eigen gedachten.

Als spiritueel persoon is het uiterst belangrijk dat je naar een bepaald perspectief streeft dat boven de dualiteit staat. Een van de eigenschappen van de dualiteit is dat die altijd anderen probeert te beoordelen, dus je moet je ervan bewust zijn dat je oordelen hebt. Hiermee bedoel ik dat je mensen het etiket ‘slecht’ opplakt, wat de overtuiging schept dat ze niet te helpen zijn en dus niet gered kunnen worden. Er is een overtuiging dat God bepaalde mensen niet wil redden, maar hen eeuwig in de hel wil straffen. Er zit een fundamenteel verschil tussen zien dat iemands overtuigingen en handelingen uit de dualiteit voortkomen en iemand als slecht of een gevallen engel te bestempelen. Je zou nooit moeten accepteren dat onvolmaakte beelden – van jou of anderen – permanent zijn, maar je altijd richten op de spirituele potentie die mensen hebben om in Christus weer op te staan.

Wij, de geascendeerde meesters, oordelen nooit, want wij wijden ons helemaal aan de groei en de herrijzenis van iedere levensstroom. We doen dus al het mogelijke om iedere levensstroom te helpen zich los te maken uit het gevallen bewustzijn en terug te komen in zijn echte identiteitsgevoel dat hij een individualisatie van God is. Ik verwacht dat ieder die oprecht is over het spirituele pad ook die toewijding heeft en die met onderscheidingsvermogen gebruikt, zoals we later zullen bespreken.