door Kim Michaels

De geascendeerde meesters onderrichten dat zelfbewuste wezens drie basale bewustzijnsstaten tot hun beschikking hebben: het bewustzijn van Christus, het bewustzijn van onwetendheid en het bewustzijn van de antichrist. Let erop dat de geascendeerde meesters de term ‘Christus’ alleen universeel gebruiken en heel anders dan de meeste christelijke kerken doen. De Christus is de meest basale bewustzijnsstaat en die werd door de Schepper gedefinieerd omdat hij het potentieel kende van wat het inhoudt om vrije wil aan van zichzelf bewust wezens te geven.

We leven in een wereld van vorm, wat inhoudt dat de wereld wordt gedefinieerd door vormen die zich van elkaar onderscheiden. Er bestaat echter een fundamenteel verschil tussen vormen van elkaar onderscheiden en die als gescheiden ervaren. In werkelijkheid wordt de wereld van vorm uit het Wezen, de energie, van de Schepper geschapen. De verschijnselen van verschillende vormen zijn onderling één, namelijk het Wezen en bewustzijn van de Schepper.

In een geascendeerde sfeer is het heel duidelijk dat geen enkele vorm op zichzelf bestaat. Dus de wezens in het geascendeerde rijk ervaren direct dat iedere vorm uit een fijnere substantie wordt gemaakt die uiteindelijk bij de Schepper uitkomt. Maar in een niet-geascendeerde sfeer is de vibratie van de basis‘materie’ nog zo laag dat een wezen binnenin die sfeer niet – met wat wij de fysieke zintuigen noemen –  kan waarnemen dat alle vormen eigenlijk één zijn. Daarom begint een nieuw van zichzelf bewust wezen met een in één punt samengebald zelfgevoel waardoor hij zichzelf beschouwt als een apart zelf dat leeft in een wereld met aparte vormen die niet het zelf zijn.

Een nieuw van zichzelf bewust wezen is in feite een verlengstuk van het Wezen van de Schepper, maar wanneer wij naar de niet-geascendeerde sfeer afdalen, vergeten wij dat en beschouwen wij onszelf als een product van onze sfeer. Dit ‘vergeten’ moet ons contrast bieden, zodat wij leren om volledig te appreciëren dat we één zijn. Maar wij kunnen natuurlijk alleen maar appreciëren dat we één zijn wanneer wij ernaar terugkeren en het Christusbewustzijn maakt het ons mogelijk om ernaar terug te keren. Het Christusbewustzijn is de oorspronkelijke bewustzijnsstaat waaruit elke vorm werd geschapen, wat betekent dat het de bedoeling is van het Christusbewustzijn dat de Schepper en zijn schepping één blijven.

Wanneer een van zichzelf bewust wezen wordt geschapen, zijn wij in een staat van onwetendheid omdat wij niet zien dat wij een verlengstuk zijn van de Schepper en dat alle aparte vormen uit de Schepper zijn voortgekomen. In het ideale scenario overwinnen wij geleidelijk onze onwetendheid en bouwen we een nieuw zelfgevoel op dat wordt gebaseerd op het besef dat al het leven één is. Dit nieuwe zelf wordt gebaseerd op het Christusbewustzijn, wat inhoudt dat wij van onwetendheid naar kennis toe groeien, van onszelf als apart wezen zien tot onszelf als een verlengstuk van de Schepper beschouwen. Het is de bedoeling dat wij allemaal groeien van onwetendheid naar volledig Christusschap waarin wij zien dat we één zijn met onze bron en al het leven.

Maar wij groeien natuurlijk door vrij keuzes te maken. Dat je een wil hebt die totaal vrij is, houdt in dat wij de optie hebben om het basale groeiproces tegen te werken. In plaats van bereidwillig een beperkt zelfgevoel te transcenderen, kunnen wij ervoor kiezen om aan dat zelfgevoel vast te houden. Maar hoewel wij aparte wezens zijn, zijn wij geen gescheiden wezens. Wij zijn allemaal een verlengstuk van het Wezen van de Schepper, wat betekent dat alle zelfbewuste wezens in een niet-geascendeerde sfeer door een gigantisch levensweb met elkaar verbonden zijn.

Het is gewoon een feit dat de meeste zelfbewuste wezens  in onze niet-geascendeerde sfeer het pad naar Christusschap volgen en zij hebben een opwaarts momentum gevormd dat alle zelfbewuste wezens mee trekt. Een aantal mensen is nog niet op het pad naar Christusschap, wat inhoudt dat zij weerstand moeten bieden aan het opwaartse momentum en het bewustzijn van de antichrist maakt het mogelijk om weerstand te bieden tegen het één zijn.

Wanneer je het bewustzijn van de antichrist krijgt, ontken je welbewust dat al het leven één is. Wanneer je onwetend bent, zie je niet dat alles één is, maar als je het bewustzijn van de antichrist aanneemt, ontken je opzettelijk dat alles één is. Het bewustzijn van de antichrist vormt letterlijk een filter en als je het leven eenmaal door dat filter bekijkt, zie je alleen maar verschillen en gescheidenheid. Je ziet dat de vormen op onze wereld niet alleen verschillend zijn, maar ook totaal gescheiden.

Dit kan tot veel verschillende vormen van ontkenning dat alles één is, leiden. In de westerse wereld hebben wij het christendom dat de wereld afschildert als twee totaal verschillende sferen, namelijk de materiële wereld en de hemel. God is een ver verwijderd wezen ‘boven’ in de hemel en jij bent van Gods koninkrijk gescheiden. Wij kennen ook het wetenschappelijk materialisme dat zegt dat de materiële wereld alles is wat er bestaat. Er bestaat niets buiten het materiële rijk, wat betekent dat de materie op zichzelf staat; die is niet van een fijnere substantie gemaakt en niet door een van zichzelf bewust wezen geschapen.

Laten we nu eens bekijken hoe het komt dat je kunt ontkennen dat alles één is en waarom het zo moeilijk is om het bewustzijn van de antichrist te overwinnen.