Een spiritueel perspectief op schermtijd

 

Vraag: De gemiddelde westerling brengt ongeveer acht uur per dag door op zijn telefoon of een ander scherm. Het doet me denken aan Plato’s allegorie van de grot en de film ‘The Matrix’, en ik vraag me af wat de geascendeerde meesters hierover te zeggen hebben.

Er is een groeiende tegencultuur rond schermconsumptie en ik ben benieuwd naar de psychologische projecties die zich mogelijk openbaren, mogelijk als weerspiegeling van aspecten van ons eigen innerlijk. Ik merk vaak dat er schaamte en kritiek ontstaat rond schermverslaving en -gebruik, iets wat uiteindelijk een in wezen neutraal instrument demoniseert.

Toch lijkt het erop dat de meesten van ons op een of andere manier afhankelijk zijn. Is dit alleen maar een natuurlijk teken van technologische vooruitgang, iets wat steeds meer geïntegreerd raakt in ons leven voor meer gemak en efficiëntie, of wijst het op een dieperliggend probleem waar we ons nog niet volledig van bewust zijn, een probleem waar de meesters inzicht in zouden kunnen bieden? Hoe dan ook, ik vraag me af of de echte uitnodiging is dat we gepastere en gezondere grenzen aan deze hulpmiddelen stellen, geleid door ons eigen intuïtieve onderscheidingsproces.

Antwoord van Geascendeerde Meester Saint Germain – Conferentie in de Verenigde Staten, 2025:

Ja natuurlijk brengen de meeste mensen te veel tijd door op een of ander scherm, tenzij ze natuurlijk dictaten van geascendeerde meesters lezen; dan telt het niet mee. Nee, maar even serieus, dit zien we gewoon keer op keer. Je bent je er misschien niet van bewust, maar er was een tijd dat de meeste mensen niet konden lezen. Toen was er analfabetisme, en toen de meeste mensen konden lezen, deden veel mensen met boeken wat mensen tegenwoordig met hun telefoon doen. Het is alleen zo dat mensen in de loop der tijd meer balans daarin hebben gevonden.

Toen kwam de radio. Plotseling kon je een apparaat aanzetten en kwam er een stem of muziek uit, en waren er mensen die zich aan de radio te buiten gingen tot ze daarin de balans hadden gevonden. Toen kwam de televisie, een klein kastje, en daar bewogen kleine mensjes in rond, en werden ze opnieuw gehypnotiseerd door dat scherm.

Toen kwam het internet, en veel mensen, jullie incluis, herinneren zich nog wel hoe fascinerend en nieuw het internet in de begintijd was; het zou de wereld veranderen of misschien wel vernietigen. Geleidelijk aan vonden jullie de balans, en hetzelfde geldt vandaag de dag voor de telefoon en sociale media. Wanneer je zegt dat mensen op hun telefoon zitten, dan gebruiken de meeste mensen sociale media en worden erdoor gehypnotiseerd.

Er is een element van afhankelijkheid in die zin dat de geest een natuurlijke behoefte aan stimulatie heeft; er is een natuurlijke behoefte aan stimulatie, de geest is dus altijd rusteloos; hij is altijd op zoek naar iets. In zekere zin is het een veiligheidsmechanisme om te voorkomen dat de geest een gesloten systeem wordt omdat hij altijd naar iets op zoek is. Geen enkel gesloten systeem kan de geest echt bevredigen; hij moet altijd verder kijken, maar kan daardoor natuurlijk ook uit balans raken, waardoor die heel oppervlakkig wordt.

De meeste mensen kijken op sociale media naar oppervlakkige berichten van anderen of uitspraken over een of andere wijsheid, en dan wordt alles heel erg oppervlakkig, en dat is natuurlijk niet gezond. Maar als spirituele persoon hoef jij je daar niet al te veel zorgen over te maken, want de meeste mensen die zich hieraan overgeven, zijn niet spiritueel; ze zijn zich niet echt bewust van het spirituele pad. Voor veel van deze mensen is het gewoon een kwestie van zichzelf hiermee verzadigen totdat ze er genoeg van hebben.

Natuurlijk zie je dan dat de tegenreactie is dat het besef groeit dat mensen uit balans zijn geraakt. Hetzelfde is gebeurd met televisie en een paar decennia terug zag je dat er, afhankelijk van het land, ook een schuldgevoel bestond over te veel televisiekijken. Er zijn altijd duistere krachten die misbruik maken van elke nieuwe technologie: eerst om mensen daar overdreven veel gebruik van te laten maken en ze vervolgens een schuldgevoel te bezorgen en mee te laten draaien in een draaimolen waarin ze proberen zichzelf discipline bij te brengen en dat niet meer te doen.

Maar voor spirituele mensen is het eigenlijk alleen maar een kwestie van beseffen wat je prioriteiten in het leven zijn. Wat moet je echt weten? Moet je alles weten over wat beroemdheden deze week hebben gedaan of wat er in de mode is, of wat je vrienden op Facebook hebben gezegd? Je moet, zoals we al vaker hebben gezegd, een selectie maken: “Er zijn bepaalde dingen die ik eigenlijk niet hoef te weten.”

Je zou dit ook zo kunnen bekijken door vijfhonderd jaar terug te gaan in de tijd: Wat was het belangrijkste middel waarmee de machtselite de mensen onder de duim hield? Dat was gebrek aan informatie; de mensen onwetend houden, informatie voor hen verborgen houden. Met de komst van de drukpers werd het moeilijker. Met de komst van radio en televisie werd het nog moeilijker. Met de komst van internet werd het echt moeilijk om informatie voor de mensen verborgen te houden. Wat heeft de machtselite toen gedaan, zoals we al vaker hebben gezegd? Plan B: de mensen overspoelen met zoveel informatie dat ze overweldigd raken en niet weten wat ze ermee aan moeten; de mensen overspoelen met zoveel overduidelijk valse informatie dat ze alle informatie beginnen te wantrouwen en zich richten op entertainment en oppervlakkigheid in plaats van dit middel echt te gebruiken om jezelf te onderwijzen over de diepere realiteit.

Dus nogmaals, in ieder geval sommige mensen vinden geleidelijk evenwicht. Je kunt dit fenomeen echter ook vanuit een ander perspectief bekijken en je afvragen: Wat is er gebeurd in een lange periode, zeg duizend jaar? Ga duizend jaar terug, de mensen waren toen erg gefocust op het fysieke aspect van het leven. Ze hadden een religie die sprak over iets wat boven het fysieke stond; ze hadden een zeker bijgeloof en mythologie, zoals bepaalde bovennatuurlijke wezens. Maar over het algemeen concentreerden ze zich vooral op het fysieke.

Wanneer je het bekijkt vanuit het perspectief van spirituele ontwikkeling, dan sta je, als je zo gefocust bent op het fysieke, niet echt open voor spirituele groei. Wat er dus gebeurde, is dat mensen toen er meer informatie beschikbaar kwam, hun focus begonnen te verleggen van het fysieke, het fysieke lichaam, de zintuigen, naar het verstand, het denken, niet alleen mentaal maar ook emotioneel. Maar vooral hun denken. Boeken stelden mensen in staat om na te denken, om in een mentale ruimte te komen terwijl ze een boek lazen. Zelfs als ze een roman lazen, wisten ze: “Ik ben niet op een schip dat naar de Nieuwe Wereld vaart en hoop op een beter bestaan dan wat er op een boerderij in Europa zou kunnen gebeuren, maar ik lees erover”, en daarom ging je er in zekere zin in je hoofd doorheen; je beleefde dit met een boek, en je kon bepaalde dingen in je psyche oplossen door een boek te lezen. Of als je een boek over filosofie las, kon jij je vermogen vergroten om concepten te begrijpen die puur in je hoofd zaten en je niet echt hielpen bij je fysieke werk, maar die je wel een breder perspectief op het leven gaven, en hetzelfde geldt natuurlijk ook voor boeken over spiritualiteit.

Hoewel het lijkt alsof mensen aan het scherm gekluisterd zitten, zou je dus in zekere zin kunnen zeggen dat het toch deel uitmaakt van het proces om te verschuiven van het puur fysieke naar de geest. Ik zeg nu niet dat dit alleen maar goed is, maar het potentieel op langere termijn is dat mensen zich steeds meer op hun geest zullen richten, zodat ze openstaan voor het potentieel of het besef dat, zoals we al hebben gezegd, de geest primair is en het fysieke secundair. Duizend jaar geleden geloofden alle mensen, de overgrote meerderheid van de mensen, dat het fysieke primair is en de geest secundair. Steeds meer mensen gaan echter geleidelijk openstaan voor het idee dat de geest de fundamentele realiteit is en geen product van de fysieke wereld.

In zekere zin zou je kunnen zeggen dat dit de potentie heeft om mensen te helpen veranderen, want wat hebben we uitgelegd? We hebben uitgelegd dat alles op het fysieke vlak een reflectie is van wat er gebeurt op de hogere niveaus van de geest, een projectie van wat er gebeurt op de hogere niveaus van je geest. Maar zodra dingen naar het fysieke vlak zijn gebracht, kunnen mensen zich zo op het fysieke concentreren dat ze vergeten dat die door de geest zijn gecreëerd en daardoor kunnen ze zelfs overschakelen naar het materialistische paradigma dat hun geest slechts het product is van de fysieke processen in de hersenen. Met andere woorden, het fysieke dat je geest heeft geschapen, heeft de geest gecreëerd, en dit is iets waar de mensheid geleidelijk van afstapt, aangezien er zelfs een aantal wetenschappers zijn die beginnen te beseffen dat de geest primair is.

Dit heeft een positief potentieel. Natuurlijk bestaat de mogelijkheid ook dat mensen zich door hun schermgebruik binden aan het astrale vlak, bijvoorbeeld door pornografie, of dat ze heel erg oppervlakkig worden en zich op beroemdheden richten. Even serieus, wat maakt het uit wat die beroemdheid droeg naar een evenement? Maar mensen zijn er zo door gefascineerd dat het hen op dit zeer oppervlakkige niveau houdt. “Niets is goed of slecht, maar denken dat iets zo is, zorgt ervoor dat het zo is.” Maar alles heeft een hoog en een laag potentieel.

Na verloop van tijd zullen mensen echter steeds evenwichtiger worden en beseffen dat ze hier veel te veel tijd aan besteden, veel te veel tijd aan oppervlakkige dingen besteden. Ze zullen hun telefoon gaan gebruiken om de kennis te vergaren die hen echt helpt om hun leven te verbeteren omdat mensen zullen beseffen dat al oppervlakkige kennis hen niet helpt hun dagelijks leven te verbeteren. Veel mensen beginnen al te kijken of ze iets kunnen vinden dat hen daadwerkelijk helpt om hun dagelijks leven te verbeteren en veel van hen zoeken dat met hun telefoon of andere schermen op. Ik bekijk het vanuit een optimistisch perspectief. Je zou het ook negatiever kunnen bekijken, maar ik heb er een positief perspectief op.