Machtselite 2: De Oorsprong van het Superioriteitsgevoel van de Machtselite begrijpen

 

Deze leringen komen uit het boek van Lord Maitreya ‘Master Keys to Spiritual Freedom’.

Passages uit Key 10;

Wat is er echt in Hof van Eden gebeurd?

Laten we nu de inzichten eens gebruiken om met een frisse blik naar het verhaal van de Hof van Eden te kijken. Dit verhaal is een van de belangrijkste mythen in de wereldcultuur en een vruchtbare bron van inzicht, vooral wanneer het aankomt op de relatie tussen mensen en hun spirituele leraren. Vanzelfsprekend kun je dit inzicht enkel krijgen als je verder kijkt dan de letterlijke interpretatie. Als je dat niet doet, kun je nooit de overduidelijke tegenspraken oplossen of de vragen beantwoorden die door het verhaal worden opgeworpen.

In de eerste plaats moet je beseffen dat wat de Bijbel God noemt, niet God in de allerhoogste betekenis is, maar een spirituele leraar die God vertegenwoordigde bij de studenten in de schoolklas die Eden heette. De Schepper staat boven alle vormen en daardoor zou hij niet met mensen in wisselwerking treden in een vorm die je zou kunnen zien. De Schepper laat dit over aan wezens die een geschikte positie hebben in de kosmische hiërarchie. Het woord ‘God’ werd anders gebruikt in de tijd van het Oude Testament en werd vaak gebruikt om te verwijzen naar een spiritueel wezen. Zoals ik eerder al heb gezegd, was ik, Maitreya, de leraar van Adam en Eva, en dat maakt dat ik meer dan andere menselijke wezens of een instituut geschikt ben om uit te leggen wat er echt in de Hof is gebeurd.

In de tweede plaats moet je beseffen dat er veel studenten waren in Eden. Het verhaal concentreert zich rond Adam en Eva vanwege de eenvoud ervan en daardoor zijn Adam en Eva symbolen, archetypes zo je wilt, voor wat er met veel studenten in Eden is gebeurd. Laten we nu eens kijken naar de belangrijkste passages in het verhaal.

16 Hij hield hem het volgende voor: “Van alle bomen in de tuin mag je eten,
17 maar niet van de boom van de kennis van goed en kwaad; wanneer je daarvan eet, zul je onherroepelijk sterven.”  (Genesis 2)

De eerste vraag die we zullen bekijken, is waarom de spirituele leraar zelfs tegen de studenten moest zeggen dat ze niet van de vrucht mochten eten? Waarom was er een verboden vrucht in de Hof; waarom heeft God niet een Hof geschapen zonder deze verleiding? We kunnen deze vraag oplossen door te kijken naar onze bespreking van vrije wil. Als studenten niet de optie hadden om tegen de wetten van God in te gaan, zouden ze geen totaal vrije wil hebben. De verleiding om tegen Gods wil in te gaan is dus een bijkomstigheid van vrije wil.

We kunnen nu zien dat de ‘vrucht van de kennis van goed en kwaad’ een symbool is voor een bewustzijnsstaat, namelijk de gemoedsgesteldheid die het mogelijk maakt dat een student tegen de wetten van God ingaat door ze opzettelijk te negeren. Zoals we hebben gezien, is het niet mogelijk om de wetten van God te overtreden vanuit de Christusgeest, want wanneer je de waarheid van God ziet, weet je dat Gods wetten overtreden jou en je grotere zelf (al het leven) benadeelt. Je zou er nooit bewust voor kiezen om jezelf of jouw Zelf pijn te doen.

Het wordt nu helder dat Gods wetten overtreden alleen maar mogelijk is wanneer je in een gemoedsgesteldheid bent waarin je niet goed weet wat je aan het doen bent en hoe dat je zal beïnvloeden. Je bent misschien gaan geloven dat het jou geen pijn zal doen, dat er geen negatieve gevolgen zullen komen of dat jij op een of andere manier aan de gevolgen kunt ontsnappen. Je zou Gods wetten kunnen overtreden zonder echt te begrijpen dat je dat doet of je zou ze misschien met opzet overtreden zonder volledig te beseffen hoe jij jezelf pijn doet.

Gods wetten overtreden is enkel mogelijk wanneer je aan een illusie lijdt, zodat je niet de waarheid van de Christusgeest ziet. Je hebt het contact met de waarheid van God en de heldere kijk op die waarheid verbroken, die een product is van de Christusgeest. Hoe kan de waarneming van de waarheid worden verbroken en door een illusie worden vervangen? Door in een bewustzijnsstaat te gaan die een beperkter perspectief op de wereld heeft dan het Christusbewustzijn. Daarom zie je die waarheid niet, maar een mentaal beeld van de waarheid, een beeld dat óf beperkt óf vervormd is. Met andere woorden, in de Christusgeest is wel plaats voor illusies, twijfel of interpretatie, maar er is geen grijs gebied. Je kunt jezelf dus alleen pijn doen als je in een gemoedstoestand komt waar ruimte is voor illusies en twijfels, wat inhoudt dat er een grijs gebied is waarin dingen niet helder zijn. Er is ruimte om een mentaal beeld te vormen in plaats van rechtstreeks Gods waarheid waar te nemen die je in de Christusgeest vindt. Er lijkt afstand te zijn tussen jou en de waarheid, omdat je, in gedachten, gescheiden bent van de waarheid.

De gemoedstoestand die je van de waarheid scheidt, is natuurlijk de geest van de antichrist. Die gemoedstoestand kan niet zien wat de waarheid is, maar ziet slechts een mentaal beeld van de ‘waarheid’. Goed en kwaad worden relatieve termen en worden bepaald met betrekking tot elkaar in plaats van Gods absolute waarheid. Wanneer de ‘waarheid’ relatief is, wordt het mogelijk om die zo te definiëren dat, hoewel je Gods wetten overtreedt, jouw perspectief het laat lijken alsof dit acceptabel, gerechtvaardigd, nuttig of zelfs je enige optie is.

 

Passages uit Key 13:

Waarom was de slang in de Hof van Eden?

Ongeacht waar je vandaan komt en hoe je in een fysiek lichaam op planeet aarde bent beland, is de enige manier naar verlichting dat je het Pad naar Eén zijn volgt, waardoor jij de identiteit dat je een mens bent dat gescheiden is, overwint en één wordt met de Keten van Zijn die van jou naar de Schepper leidt. Zoals ik in de vorige hoofdstukken heb uitgelegd, is de enige manier om de catch-22 van je gescheiden identiteit te boven te komen dat je contact maakt met een leraar die niet jouw identiteitskader heeft en jou er daardoor uit kan halen. Enkel door om te gaan met een wezen dat niet verblind wordt door je dualistische illusies, kun jij die illusies opgeven.

Voor enkelen zal dit vanzelfsprekend lijken, terwijl anderen een negatieve reactie zullen voelen in sommige delen van hun wezen. Sommige wezens die tegenwoordig op aarde zijn geïncarneerd, zijn geneigd om het Pad naar Eén zijn af te wijzen en dan vooral het idee dat ze een leraar moeten volgen en één met hem of haar moeten worden. Ze zijn, bij wijze van spreken, tegen dit proces geprogrammeerd, maar in werkelijkheid is hun ego geprogrammeerd. De enige manier om deze programmering ongedaan te maken is dat je begrijpt hoe het ego van deze wezens werd gevormd en waarom juist die illusie ervoor heeft gezorgd dat ze gevallen zijn, en dat dit er ook voor zorgt dat ze de val ongedaan kunnen maken door op het Pad naar Eén zijn te stappen. In feite heeft het bewustzijn van deze gevallen wezens ervoor gezorgd dat ieder aspect van het leven op aarde erdoor werd beïnvloed, dus het is belangrijk dat iedereen begrijpt hoe en waarom spirituele wezens uit hun oorspronkelijke staat kunnen vallen en op planeet aarde belanden. Dit onderwerp zullen we nu onderzoeken en we beginnen met naar de slang in de Hof van Eden te kijken.

***
Zoals we hebben besproken, zijn er vier niveaus in het materiële universum, die corresponderen met vier vibratieniveaus, vier niveaus van dichtheid. Maar waarom zijn er vier niveaus, waarom niet gewoon één? Welnu, toen de eerste sfeer in de wereld van vorm werd gemaakt, had die maar één vibratiespectrum. Dat werd op een bepaald niveau geschapen en daarna vanaf daar in vibratie verhoogd. Dit geldt ook voor verscheidene andere, hogere niveaus.

Ik heb uitgelegd dat de bedoeling van scheppen is dat je een sfeer vormt die apart gezet wordt van de leegte om zichzelf transcenderende wezens de kans te geven om te beginnen als gescheiden wezen. Dit wordt bereikt door een sfeer te scheppen waarin de lichtintensiteit zo laag is dat de illusie dat je een apart wezen bent, kan blijven bestaan. Het is de bedoeling dat de wezens in de sfeer groeien in bewustzijn tot ze zich één met hun Schepper en één met al het leven voelen. Tijdens dit proces brengen ze ook meer licht naar hun sfeer en verhogen ze de vibratie ervan tot ze ascenderen en een onderdeel worden van het spirituele rijk.

Maar naarmate het proces van het scheppen van nieuwe sferen vorderde, kwam er een moment dat niet alle wezens in een sfeer eraan toe waren om te ascenderen toen die sfeer ascendeerde. Daardoor ontstond de vraag wat er moest gebeuren met de wezens die hun bewustzijn niet wilden verhogen. Het voor de hand liggende antwoord was om hen te laten descenderen naar de nieuwe sfeer die was geschapen, de volgende sfeer die apart gezet was van de leegte. In die nieuwe sfeer zou genoeg duisternis over zijn, er zou nog zo’n lage lichtintensiteit zijn dat de wezens in een lager bewustzijnsniveau hun bestaan daar zouden kunnen continueren. Ze zouden de illusie kunnen houden dat ze gescheiden wezens zijn, iets wat niet meer mogelijk was in hun oude sfeer. Daardoor konden die wezens extra kansen krijgen om terug te keren op het pad om méér te worden en weer in de Rivier van Leven te stappen.

Wanneer een nieuwe sfeer wordt gemaakt, is het oorspronkelijke model om die te creëren op een bepaald vibratieniveau, een bepaald niveau van dichtheid. Mijn punt is dat er volgens dit model maar één vibratieniveau zou zijn in de sfeer waarin jij leeft. Er waren echter meerdere groepen wezens in de sfeer boven die van jullie – enkelen van hen waren zelfs uit nog hogere sferen gekomen – die hun oude bewustzijnsstaat niet wilden ontstijgen en met hun sfeer mee wilden ascenderen. Daardoor werd het noodzakelijk om een nieuwe sfeer te ontwerpen, zodat daar ook plaats kon zijn voor deze wezens, een plaats die aangepast was aan hun bewustzijnsniveau. Met andere woorden, de dichtheid van de nieuwe sfeer werd aangepast aan de dichtheid van het bewustzijn van deze groepen wezens. Daarom werd die sfeer op vier verschillende niveaus ontworpen, die gaan van niet erg dicht (het identiteitsrijk) naar heel compact (het fysieke rijk).

Dit voegt veel meer complexiteit toe aan de bedoeling van die sfeer. In de hogere spirituele rijken was er een heel duidelijk en eenvoudig doel. Van zichzelf bewuste wezens zouden zich gemakkelijk kunnen richten op hun eigen groei en het bewandelen van het Pad van Méér tot ze eraan toe waren om naar een hoger niveau te ascenderen. Het was niet hun zorg of andere wezens groeiden, omdat degenen die niet groeiden, gewoon achtergelaten zouden worden wanneer de sfeer ascendeerde. Tegen de tijd dat jouw sfeer werd gevormd, waren er echter zoveel wezens die ‘achtergelaten’ zouden worden dat er iets veranderde aan de bedoeling. In plaats van gewoon een sfeer te ontwerpen waarin wezens zich op hun eigen groei concentreerden, werd deze sfeer – vanaf het allereerste begin – ontworpen om een tweeledig doel te dienen. De ene was nieuwe medescheppers de kans geven om als gescheiden wezen te beginnen en in bewustzijn te groeien. De andere was degenen te wekken die achtergelaten waren toen eerdere sferen ascendeerden.

We zien dat er nu (in ieder geval) drie verschillende redenen waren waarom een specifiek wezen in het materiële universum zou kunnen zijn:

  • Een wezen is misschien naar dit rijk gevallen omdat hij niet bereid was zichzelf te transcenderen wanneer de sfeer die nu het laagste spirituele rijk is, ascendeerde. Zo’n wezen komt misschien oorspronkelijk uit een hogere sfeer en is door verscheidene niveaus heen gevallen.
  • Een wezen is misschien een nieuwe medeschepper die werd geschapen om naar het materiële rijk af te dalen en vandaar te groeien.
  • Een wezen is misschien vrijwillig afgedaald uit een hoger rijk om óf de gevallen wezens te helpen óf de nieuwe medescheppers te helpen groeien in bewustzijn. Dit zijn wezens die al in een hoger rijk spiritueel voor zichzelf kunnen zorgen maar die in plaats van door te gaan met hun persoonlijke groei, hebben ze aangeboden om mensen die onder hen zaten te helpen groeien. Dit is een concept dat in de oosterse religie bekend staat als het Bodhisatva-ideaal.

We zien nu dat de meest algemene verklaring van de oorsprong van de slang is dat ‘Slang’ verwijst naar een groep wezens die in een hoger rijk viel en daardoor afdaalde naar deze laatste sfeer. Dan wordt het wel duidelijk dat de Hof van Eden niet een keurige, opgeruimde plek was, niet zozeer een paradijs zoals de meeste mensen is geleerd. In werkelijkheid was het een gemengde omgeving en dit roept vanzelfsprekend een aantal vragen op waar we nu naar zullen kijken.

***
We kunnen nu de wezenlijke vraag over de Hof van Eden onder handen nemen, namelijk waarom God de slang in de Hof toeliet. We kunnen zien dat de Hof met meer dan één bedoeling werd gemaakt en één van die bedoelingen was dat een groep wezens die uit een hoger rijk was gevallen, nog een kans kreeg. De Bijbel beschrijft een van die wezens, maar in werkelijkheid waren het er veel meer. Met andere woorden, er waren een aantal wezens in de Hof die vielen ten gevolge van het slangachtige bewustzijn. De Hof van Eden werd gedeeltelijk opgericht om hen een kans te geven om die bewustzijnsstaat te ontstijgen. Hoe kon dit bewerkstelligd worden?

De Hof had inderdaad nieuwe medescheppers die in die omgeving aan hun reis begonnen. Door met deze onschuldige levensstromen om te gaan kregen degenen met het slangachtige bewustzijn de kans om hun benadering van het leven te hervormen, zoals volwassenen die op aarde met kinderen werken, ook getransformeerd kunnen worden. Vanzelfsprekend bracht deze regeling het inherente risico met zich mee dat de nieuwe medescheppers om de tuin geleid konden worden door degenen die al gevallen waren. Dit betekent echter niet dat de onschuldige levensstromen aan de genade overgeleverd werden van een troep roofzuchtige wolven.

De Hof had wel, zoals al genoemd is, een hoofdleraar die met succes de verleiding het hoofd had geboden aan het slangachtige bewustzijn. Er was ook een aantal levensstromen dat deze initiatie had gehaald in een hoger rijk en zij hadden aangeboden om naar de Hof af te dalen om tegenwicht aan de slangachtige levensstromen te bieden. Daardoor bestond er evenwicht tussen degenen die het slangachtige bewustzijn hadden ontstegen en degenen die dat niet hadden gedaan. Door met degenen die boven de verleiding stonden om te gaan, kregen degenen die gevallen waren nog een kans om hun keuzes te heroverwegen. Natuurlijk konden degenen die boven de verleiding stonden, ook dienen om de nieuwe medescheppers te helpen vermijden dat ze door de slangen verleid zouden worden. De Hof was dus een evenwichtige maar dynamische omgeving en dit gaat natuurlijk in tegen de populaire mythe dat het een statische plaats van eeuwige rust is. Zoals ik al heb geprobeerd uit te leggen bestaat er geen plaats van statische rust, omdat zelfs het spirituele rijk zichzelf voortdurend transcendeert. Het leven is een eeuwig proces, het is de Rivier van Leven, en enkel het ego en gevallen wezens – die zich van dit proces hebben afgescheiden – willen een statische plek creëren waarin hun macht en controle niet uitgedaagd kunnen worden door de levenskracht zelf. Ik hoop dat je begint te begrijpen dat dit een onmogelijke droom is die nooit uit zal komen.

Ik heb al genoemd dat de Hof zich niet bevond in het fysieke vibratiespectrum. Die bevond zich in het identiteitsrijk, de hoogste van de vier niveaus van het materiële universum. Dit rijk moet als ontmoetingsplaats dienen tussen ‘hemel en aarde’, tussen het materiële rijk en het spirituele rijk. Het idee is dat een levensstroom uit een van de andere drie niveaus zijn bewustzijn kan verhogen naar het identiteitsrijk en vandaar aan het proces kan beginnen om naar het spirituele rijk te ascenderen. Daarom moet het identiteitsrijk zuiver blijven en om dit te waarborgen, werd het opgesplitst. De Hof bevond zich in het laagste deel van het identiteitsrijk, waardoor de slangen gehuisvest konden worden en diende ook als schoolklas voor levensstromen die uit de lagere rijken waren opgeklommen.

Om te begrijpen hoe dit mogelijk is, moeten we terugkeren naar mijn eerdere uitleg dat de aarde heel erg oud is en dat de Hof pas aan het begin van de geschiedenis van de aarde werd gemaakt. Dit wordt bewezen door het feit dat er mensen in het fysieke rijk waren met wie Kaïn en Seth konden trouwen. Er waren wezens die in het fysieke rijk waren begonnen die inderdaad in bewustzijn waren gestegen en les kregen in de Hof. Ik zal hier later meer over zeggen, maar op dit moment is het nodig dat je meer inzicht krijgt in waarom er vier niveaus van het materiële universum zijn.

***
Om samen te vatten waar we tot nu toe over gesproken hebben: we kunnen nu zien dat je nooit zult begrijpen wat er op aarde gebeurt en wat daar al gebeurd is, tenzij je beseft dat deze planeet het tijdelijke tehuis is van verschillende levensstromen. Ik weet dat de meeste spirituele mensen een gevoel van walging krijgen bij sommige dingen die hier op deze planeet zijn gebeurd en nog steeds gebeuren. Ik weet dat er mensen zijn die zich afvragen waarom mensen dingen kunnen doen die zo overduidelijk slecht zijn of verkeerd zijn naar anderen toe. Hoe is het mogelijk dat er mensen zijn die schijnbaar geen gevoel hebben of onverschillig zijn voor het lijden dat ze anderen toebrengen of zich niet gewaar zijn van de consequenties van hun daden? Hoe kan het dat sommige mensen overduidelijk de wens hebben om de baas over anderen te zijn of anderen te onderdrukken, om letterlijk mensen als eigendom of slaaf te behandelen?

We kunnen nu beginnen een deel van de verklaring van het menselijke kwaad te begrijpen. De naakte waarheid is dat er wezens zijn die menselijke lichamen bewonen op deze kleine planeet, die niet werden geschapen om hun bestaan op deze planeet te beginnen. Ze werden niet op het identiteitsniveau geschapen als nieuwe medeschepper en op den duur een fysiek lichaam te krijgen. Er waren trouwens wel wezens bij die als nieuwe medeschepper werden geschapen, maar die in een hoger rijk waren geschapen. Toen hun geboorterijk ascendeerde, weigerden ze hun identiteitsgevoel dat je een gescheiden wezen bent los te laten en in de Rivier van Leven te stappen. Daardoor vielen ze naar de pas gevormde sfeer.

Voordat ze vielen, hadden sommige wezens al een hoogontwikkeld inzicht in hun geboortesfeer en hoe de wereld van vorm werkt. Deze wezens vielen niet uit onschuldige onwetendheid, ze vielen uit opzettelijke onwetendheid. Dit houdt in dat ze vaak veel inzicht hadden in hoe het universum werkt, ze hadden echter niet het Christusbewustzijn om dit inzicht op onbaatzuchtige manieren te gebruiken. Zodoende waren ze, in plaats van hun inzicht – en hun posities in een maatschappij in hun geboortesfeer – te gebruiken om al het leven te verhogen, blind geworden door het dualistische verlangen om zichzelf superieur te voelen aan anderen. Dit heeft ervoor gezorgd dat ze hun kennis en macht gebruikten om andere wezens in feite te beperken en de baas over hen te zijn. Ze probeerden zichzelf te verheffen door anderen klein te houden en dit is overduidelijk een schending van de Wet van Méér. Deze wet zegt dat de enige manier om jezelf te verheffen is dat je al het leven verheft en wanneer jij jezelf dus probeert te verheffen door alle andere vormen van leven te beperken heb je totaal geen voeling met het leven zelf.

Enkele  egocentrische wezens hebben hun identiteitsgevoel dat je een gescheiden wezen bent in verscheidene sferen behouden, wat inhoudt dat ze door meerdere lagen van de wereld van vorm zijn gevallen. Ze hebben heel veel tijd gehad om hun huidige identiteitsgevoel op te bouwen, wat inhoudt dat ze heel erg zeker zijn van zichzelf en hun recht om andere wezens te onderdrukken. Wanneer ze op aarde incarneren, voelen zij zich superieur aan de meeste andere mensen en proberen ze onmiddellijk zichzelf naar machtige posities op te werken. Er zijn wezens die alleen maar egocentrisch zijn en hoofdzakelijk macht over anderen willen krijgen om macht en privileges voor zichzelf te krijgen – allemaal om hun superioriteitsgevoel te vergroten. Er zijn echter wezens vast komen te zitten in de overtuiging dat zij beter dan God weten hoe het universum bestuurd moet worden, waardoor ze het verlangen hebben om te bewijzen dat God ongelijk heeft. Hun verlangen om de baas te zijn over mensen vormt dus een onderdeel van een grotere agenda die maar weinig mensen hebben begrepen. Dit is een onderwerp waar we in de komende hoofdstukken meer over zullen zeggen, wanneer we een goede fundering hebben gelegd.

Mijn doel op dit moment is je ervan bewust te maken dat er inderdaad wezens op aarde zijn die niet op dezelfde manier naar het leven kijken als de meeste mensen. Die wezens – die een normaal menselijk lichaam hebben – zijn zo egocentrisch geworden dat ze al hun gevoeligheid voor het lijden van andere mensen zijn kwijtgeraakt. De vergelijking is simpel: hoe meer je verdwaalt in het dualiteitsbewustzijn – hoe verder je afdaalt op de wenteltrap – hoe egocentrischer je wordt. Een onvermijdelijke bijkomstigheid van egocentriciteit is dat je in toenemende mate ongevoelig bent voor andere levensstromen. Enkel jij doet er toe en andere mensen gewoon niet. De meest egocentrische mensen geloven dat ze een superieur recht hebben om hun door henzelf bepaalde doelen na te jagen. Ze geloven dat het doel de middelen heiligt – enkelen geloven zelfs dat hun superieure doel alle middelen heiligt, hoeveel lijden er ook aan mensen wordt toegebracht. Deze mensen proberen voortdurend en meedogenloos de macht te krijgen over anderen, wat inhoudt dat ze proberen hen hun spirituele vrijheid af te nemen.

Ik weet dat dit onderwerp veel spirituele zoekers onrustig maakt en er liever niet aan denken. Als je echt een spirituele zoeker bent, moet je doel echter zijn dat je spirituele vrijheid wilt. Hoe kun je ooit hopen spirituele vrijheid te krijgen tenzij je de krachten begrijpt die je die vrijheid proberen te ontnemen? Dus als volwassen spirituele zoeker moet jij je ervan bewust worden dat er een kracht op planeet aarde is die willens en wetens en op een agressieve manier de spirituele vrijheid van alle mensen probeert af te nemen. Als je eenmaal begrijpt hoe deze kracht werkt, is het heel gemakkelijk om te voorkomen dat hij macht over jou persoonlijk krijgt. En als een cruciaal aantal spirituele mensen deze kracht volledig begrijpt, dan zal het zelfs mogelijk zijn om deze kracht permanent van de aarde te verwijderen. We zullen hier later nog veel meer over zeggen, maar op dit moment zullen we kijken naar een type spirituele wezens dat op aarde is geïncarneerd omdat die de illusie hebben dat je een apart wezen bent.

 

Passages uit Key 14:

Het verschil tussen medescheppers en engelen

Ik wil graag samenvatten wat we in eerdere hoofdstukken hebben besproken. We hebben gezien dat de sferen met toenemende dichtheid worden gemaakt. Te beginnen bij de vierde sfeer: een nieuwe sfeer wordt geschapen in een sterfelijke en onvolledige staat. Dit laat schaduwen bestaan die aan medescheppers de kans geeft om van start te gaan met het identiteitsgevoel dat je een gescheiden wezen bent en naar eenwording toe te groeien. De schaduwen maken het echter ook mogelijk dat het bewustzijn van de antichrist zowel medescheppers als engelen verstrikt die de misvatting van deze dualistische relatieve logica niet duidelijk zien. Dit maakt het mogelijk dat die wezens weigeren zichzelf te transcenderen en dit kan er zelfs voor zorgen dat ze ascenderen wanneer hun sfeer ascendeert. Die wezens zullen dan ‘vallen’ naar de sfeer die wordt geschapen terwijl hun eigen sfeer ascendeert.

We moeten er nu wel aan toevoegen dat het heel lang duurt – zoals de tijd op aarde gemeten wordt – voor een sfeer ascendeert. Dit houdt in dat de wezens in een bepaalde sfeer heel lang de tijd hebben om te groeien en hun identiteitsgevoel te vergroten. Dit geldt zowel voor engelen als medescheppers. Allebei kunnen ze het pad volgen om hun identiteit te vergroten en allebei kunnen ze hogerop komen door de lagen van dienstbaarheid heen in de sfeer waarvan het de bedoeling was dat ze die zouden dienen. Daardoor hebben misschien zowel engelen als medescheppers hoge posities gekregen op hun terrein van dienstbaarheid tegen de tijd dat hun sfeer begint te ascenderen. Een engel is bijvoorbeeld misschien wel leider geworden van een troep engelen, terwijl een medeschepper leider is geworden van een grote beschaving op een planeet zoals de aarde. Geen van beiden zal echter volledig onsterfelijk worden totdat hun sfeer ascendeert. Dit betekent dat de medescheppers en de engelen die werden geschapen om die sfeer te dienen, nog één laatste initiatie moeten ondergaan wanneer een sfeer ascendeert, namelijk de allergrootste test van onbaatzuchtigheid.

Wat ik op dit moment wil zeggen, is dat een wezen – engel of medeschepper – die niet voor de laatste test van onbaatzuchtigheid slaagt, niet kan ascenderen wanneer zijn sfeer ascendeert. Dan zal zo’n wezen naar de volgende sfeer ‘vallen’ waarin hij dan, bij wijze van spreken, ‘vanaf de bodem moet beginnen en zich omhoog moet werken in het gezelschap van zijn Vader.’ Zo’n gevallen wezen vergeet waar hij vandaan komt, maar hij zal niet zijn talenten uit het verleden kwijtraken. Met andere woorden, hoewel hij begint met een beperkt identiteitsgevoel, kan hij weer contact maken met de talenten die hij eerder opgebouwd heeft. Dit betekent dat een gevallen engel verder gevorderd is dan een nieuwe medeschepper, maar om de bewustzijnsstaat te ontstijgen die voor de val heeft gezorgd, moet de gevallen engel hetzelfde pad volgen als nieuwe medescheppers en beginnen in een kosmische schoolklas en proberen één te worden met de leraar. Omdat engelen niet geschapen werden om in een schoolklas van start te gaan, kan dit een strenge test in nederigheid zijn voor de hoger ontwikkelde gevallen engelen.

We begrijpen nu waarom de slang in de Hof van Eden was. De slang staat symbool voor gevallen engelen (maar ook een troep specifieke engelen). We kunnen nu begrijpen dat Eva bedrogen kon worden door de slang die een overweldigend identiteitsgevoel had en heel handig de geest van de antichrist gebruikte. Vanzelfsprekend hadden de leraar en enkele andere studenten dezelfde of grotere vaardigheden dan de slang, dus kreeg Eva een evenwichtige kans om ofwel een echte leraar, ofwel een valse leraar te volgen.
Ik heb eerder al gezegd dat veel spirituele mensen op aarde vanbinnen weten dat ze engelen zijn die zijn geïncarneerd. We kunnen nu zien dat engelen, hoewel ze niet geschapen zijn om te incarneren, dat wel doen nadat ze vallen. Dit betekent echter niet dat alle mensen die weten dat ze geïncarneerde engelen zijn, ook gevallen engelen zijn. Nadat de eerste engelen vielen, boden andere engelen aan om ook te incarneren; af te dalen op een reddingsmissie voor de gevallen engelen. Hierover later meer.

***
Denk erom dat zelfs een engel die veel kennis en vaardigheden bezat voor hij viel, die expertise had verworven in een andere omgeving dan de omgeving waar hij naartoe valt. De reden is dat elke nieuwe sfeer complexer is, compacter en enigszins andere wetten heeft dan de vorige. Dit betekent dat zelfs de hoogstgeplaatste gevallen engelen lang niet zo begaafd zijn in hun nieuwe sfeer als ze misschien denken. Ze moeten beginnen te leren hoe hun nieuwe sfeer werkt. Het verschil is dat ze op den duur hun eerdere ervaringen kunnen aanboren en daardoor sneller meester zijn over hun omgeving dan nieuwe medescheppers.

Wanneer een gevallen wezen in een nieuwe sfeer komt, vergeet hij zijn vorige identiteit en talenten. Daardoor gaat hij van start met een beperkt identiteitsgevoel, net als een medeschepper. Hij gaat door dezelfde soort hergeboorte heen die ik beschreven heb, die studenten ervaren als ze zich van hun leraren afscheiden. Het oude identiteitsgevoel sterft en het wezen wordt herboren met een nieuw identiteitsgevoel waarin hij zich gescheiden ziet van zijn bron. Dit geeft het gevallen wezen de kans om met een schone lei te beginnen. We zouden kunnen zeggen dat een wezen, naarmate hij groeit in de kosmische schoolklas, een heel nieuw identiteitsgevoel kan opbouwen die niet door herinneringen aan het identiteitsgevoel dat gevallen is, wordt vervuild.

De uitdaging is dat het gevallen wezen, naarmate hij volwassen wordt, een andere initiatie moet ondergaan dan nieuwe medescheppers. Nieuwe medescheppers beginnen natuurlijk met een schone lei en hebben dus geen onaangename geheimen waar later mee afgerekend moet worden. Een gevallen wezen moet onvermijdelijk een initiatie ondergaan waarin hij zijn eerdere identiteit opnieuw ontdekt. Hij staat dan voor de moeilijke test om te kiezen tussen de nieuwe onschuldigere identiteit die hij gevormd heeft of terug te vallen in zijn oude hoogontwikkelde identiteit. We zouden kunnen zeggen dat hij voor de uitdaging staat om zijn gevallen bewustzijn te laten sterven of opnieuw te incarneren. We zouden ook kunnen zeggen dat een nieuwe medeschepper alleen maar zijn goddelijke identiteit hoeft te ontdekken, terwijl gevallen wezens eerst hun gevallen identiteit moeten ontdekken en hun gevallen identiteit moeten wegdoen voor zij hun goddelijke identiteit kunnen ontdekken en belichamen.

Vanzelfsprekend is dit een complexe uitdaging, maar wees er gerust op dat de leraar op de spirituele school zich daar heel goed van bewust is en bereid is om gevallen wezens al het mogelijke te bieden om hen te helpen slagen. Sommige gevallen wezens accepteren deze hulp en keren om, maar anderen zullen de hulp van de leraar niet accepteren. Daardoor kunnen ze niet slagen voor de schoolklas, maar belanden tenslotte in hun nieuwe sfeer zonder in spiritueel opzicht in hun eigen onderhoud te kunnen voorzien. Dit heeft een aantal implicaties waar we in de komende hoofdstukken naar zullen kijken.

***
Technisch gezien kun je zeggen dat er geen engelen geïncarneerd zijn. De reden is dat een engel een wezen is dat geschapen werd met een specifieke identiteit waarin hij een verlengstuk is van Gods wil. De engel valt door tegen diens bedoeling in te gaan en scheidt zich daardoor af van zijn ware identiteit. Zijn ware identiteit sterft en de engel wordt herboren met een nieuwe identiteit. De nieuwe identiteit is technisch gezien niet de identiteit van een engel, maar van een wezen dat zich gescheiden van Gods wil en wet ziet. Dit doet echter niets af aan het feit dat veel geïncarneerde wezens als engelen werden geschapen en uit die identiteit vielen.