De bijdrage van Hongarije aan de Gouden Eeuw

Vraag: Wat kan de Hongaarse natie toevoegen aan het manifesteren van de Gouden Eeuw van Saint Germain?

Antwoord van Geascendeerde Meester Saint Germain, 2021 – Webinar voor Rusland

Ik begrijp wel waarom dit soort vragen worden gesteld. En we hebben in de loop van de tijd verscheidene andere vragen over andere naties gehad die soortgelijk zijn. Ik begrijp waarom de vraag wordt gesteld, maar we hebben jullie geprobeerd uit te leggen dat het niet logisch is om te vragen wat een bepaalde natie kan bijdragen, want die bijdrage zal voornamelijk bestaan uit het ontvangen van ideeën. En die ideeën worden in de meeste gevallen door een persoon ontvangen.

Het is helemaal niet zo dat een bepaald land het patent heeft op creatieve personen. Er kunnen misschien landen zijn die meer gelegenheid geven tot persoonlijke creativiteit en daarom misschien meer creatieve mensen aantrekken, maar creatieve mensen zijn overal.

Voor elke natie geldt, ook voor Hongarije of andere, dat als je een bijdrage wilt leveren aan de Gouden Eeuw, sta dan creativiteit toe en moedig persoonlijke creativiteit aan. En wanneer er ideeën naar buiten komen, dan is het natuurlijk een kwestie van die ideeën implementeren. Maar nu moet je voorzichtig zijn, want de geneigdheid bestaat dat er naties zijn die speciaal willen zijn. Die zullen zeggen: “Dit is misschien een goed idee, maar waarom zouden we dat implementeren wanneer het niet door iemand in onze natie is bedacht? We zullen zelf wel iets bedenken.”

Alle naties kunnen ernaar streven om neutraler te worden en dan te zeggen: “Het maakt niet uit of dit idee in onze natie is bedacht of ergens anders. Het gaat erom of het een goed idee is. Wat zullen de consequenties zijn als we dit idee implementeren en wat is het beste voor onze natie en ons volk? En dan implementeer je een idee dat de samenleving verder zal brengen.

Het betekent niet dat alle landen dezelfde ideeën moeten implementeren. Er zijn bijvoorbeeld een grote hoeveelheid educatiemethoden die allemaal de moeite waard zijn. Ik zeg niet dat er in de Gouden Eeuw maar één educatieve methode is die zich over alle landen zou moeten verspreiden. Er kunnen nog wel individuele verschillen bestaan, maar er zullen geen honderd educatieve methoden zijn, maar een paar. En dat betekent dat veel landen de educatiemethode moeten implementeren die het beste voor hen werkt, zelfs al is die niet in hun land bedacht.

Dit is eigenlijk de bereidheid, het openstaan voor nieuwe ideeën, en de bereidheid om die ideeën te implementeren op grond van een neutrale beoordeling, niet waar ze vandaan komen, maar wat het beste is voor de mensen, voor de natie, wat ze vooruit zal brengen. Dit is het beste om de Gouden Eeuw te manifesteren in afzonderlijke naties. En de naties die deze houding krijgen, zoals een paar naties al in grote mate hebben gedaan, zullen dan de voorloper van de Gouden Eeuw zijn.