Het hogere potentieel van filosofie

Vraag: In het openingsdictaat van Moeder Maria werd onder andere een grote uitdaging gegeven op het hele terrein van de filosofie. Deze discipline heeft vanaf het allereerste begin, in ieder geval in de westerse vorm, het lineaire denken omarmd. Mijn vraag is wat voor rol filosofie kan spelen in de Gouden Eeuw, als er al plaats voor is? Hoe moet filosofie veranderen om een constructievere rol te kunnen spelen? Welke problemen moeten filosofen in de komende decennia aanpakken om een potentiële transformatie van filosofie te vergemakkelijken?

Antwoord van Geascendeerde Meester Saint Germain, 2020 – Webinar over de Goddelijke Moeder zijn

In veel dictaten hebben we de huidige filosofie, in ieder geval de westers filosofie, al uitgedaagd. Wij hebben het erover gehad dat die terugging tot Aristoteles, die niet begreep wat Plato begreep, namelijk dat er nog een rijk naast het materiële rijk is. Daarom kun je het materiële rijk uiteindelijk niet verklaren als je alleen maar naar het materiële rijk kijkt. Het is alsof je bijvoorbeeld de getijden probeert te verklaren door alleen naar de oceaan te kijken. Aristoteles heeft deze vorm van lineair denken veroorzaakt, omdat hij zei dat de wereld uit kleinere componenten bestond en als je begrijpt hoe de kleinere componenten werken, kun je het geheel ook begrijpen. Dit heeft voor een houding gezorgd die je bij de meeste westerse filosofen ziet, omdat zij geloven dat je alles in het universum kunt verklaren met je geest (verstand) in haar huidige vorm, door er rationeel en met je rede over na te denken, logica te benutten en lineair te denken.

Als je de westerse filosofen bestudeert, zoals deze boodschapper heeft gedaan, dan zie je dat de meesten op ongeveer dezelfde manier denken. Zij geloven dat zij, waar ze ook zijn op het fysieke vlak, door hun eigen verstand te gebruiken steeds diepere aspecten kunnen doorgronden van hoe de wereld werkt zonder ooit buiten zichzelf te treden en naar hun gedachten te kijken. Heel erg weinig westers filosofen hebben zichzelf de vraag gesteld: “Is mijn verstand beperkt? Is mijn verstand, in haar huidige vorm, in een beperkte bewustzijnsstaat op een beperkt niveau? En beperkt mijn huidige bewustzijnsstaat wat ik kan begrijpen, wat ik kan weten, wat ik over het universum kan ervaren? Met andere woorden, kan mijn huidige bewustzijnsniveau het totale universum begrijpen? Of liggen er aspecten van hoe de wereld functioneert gewoon achter de horizon van observatie, op mijn huidige bewustzijnsniveau?”

Deze vragen leiden vervolgens tot de volgende vraag die aansluit bij wat Portia heeft gezegd. Dat de essentiële menselijkheid is dat je de kans krijgt om je bewustzijn te verhogen. Maar heel weinig westerse filosofen hebben zich hierop afgestemd en dit is de grootste beperking van de westerse filosofie. Dan moet je noodzakelijkerwijs de vraag stellen: “Is het mogelijk dat een menselijk wezen zijn of haar bewustzijn verhoogt naar een hoger niveau dan wat als normaal wordt beschouwd dat boven het normale ligt in de huidige tijd, in de huidige samenleving in de huidige cultuur? En kan het verhogen van je bewustzijn je in staat stellen om iets te zien, te bevatten, te begrijpen en te ervaren wat je momenteel niet kunt zien?” Dit zal leiden tot een ruimere vraag: “Is het wel mogelijk om filosofie te bedrijven zonder dat je de werking van je geest begrijpt, inclusief de beperkingen van je geest en het potentieel dat je bezit om je bewustzijn te verhogen? Is het zelfs wel zinvol om op een bepaald bewustzijnsniveau te beginnen en filosofie te bedrijven door te denken dat je met je rationale geest, en logica en redeneringsvermogen alle geheimen in het universum bloot kunt leggen? Heeft dat zin? Of zouden filosofen zich in plaats daarvan als mystici moeten beschouwen, die in de eerste plaats een proces doorlopen om hun bewustzijn op een hoger niveau te brengen voor zij zelfs maar aan filosofie beginnen, of erover te schrijven natuurlijk?”

In de westerse filosofie zie je momenteel dat er natuurlijk filosofen zijn die hun intuïtie hebben gebruikt om te zien dat bepaalde aspecten van hoe de wereld werkt, niet correct zijn. Je kunt zien dat een paar prominente filosofen ondanks het feit dat de westerse samenleving zich heeft bewapend met rationeel denken, die bereid waren om hun intuïtie te benutten en die bepaalde inzichten hebben gekregen. Maar je ziet meestal dat die filosofen bepaalde dingen als vanzelfsprekend aannamen. En daar is niets mis mee als zodanig, omdat je ergens moet beginnen. r Immanuel Kant schreef zijn beroemdste boek ‘Critique of Pure Reason’, waarin hij een poging deed en met de beperking van de het redeneringsvermogen en de geest, het verstand, worstelde. En je kunt zeggen dat hij wel een aantal waardevolle en juiste inzichten kreeg, maar je ziet ook dat zijn hele filosofie wordt gebaseerd op een bepaald fundament. Bepaalde dingen vond hij vanzelfsprekend: wat hij vanuit zijn eigen bewustzijnsniveau kon zien, hoe zijn cultuur met taal omsprong, de ideeën, de concepten in zijn cultuur. Je kunt zeggen dat Immanuel Kant binnen de context waarin hij filosofie bedreef, veel goed inzichten kreeg. Maar als je zover gaat dat je denkt dat Immanuel Kant de allerhoogste waarheid, het allerhoogste inzicht, de allerhoogste filosofie, ontdekte en dat zijn filosofie dus de absolute waarheid of allerhoogste prestatie representeert, dan stap je het op het terrein dat we religie zouden kunnen noemen, waar wordt beweert dat iets het allerhoogste is.

In essentie zou geen enkele filosoof ooit moeten beweren dat hij de allerhoogste waarheid heeft ontdekt. Filosofen zouden er hun voordeel mee kunnen doen als ze de mogelijkheid erkennen dat je het menselijke bewustzijn kunt verhogen. En ook, zoals Portia heeft gezegd, door achterom te kijken en de geschiedenis te zien zoals die echt was, en dan te zien dat het collectieve bewustzijn inderdaad is verhoogd.

Wat kun je als filosoof die in een tijd als deze leeft, doen? In de eerste plaats kun je erkennen dat je huidige bewustzijnsstaat beperkt is. Je kunt dat proberen te verhogen op persoonlijk niveau. Wanneer jij je boven het collectieve bewustzijn van je samenleving hebt verheven, kun je een paar inzichten naar buiten brengen die van waarde zijn voor andere mensen in je samenleving die hun bewust niet hebben verhoogd naar dat niveau. Jouw filosofie kan mensen dan persoonlijk helpen om hun bewustzijn te verhogen, maar je kunt ook meehelpen om het collectieve bewustzijn van je samenleving te verhogen en dat kan je samenleving daarna transformeren.

Maar je moet begrijpen dat als jouw filosofie impact op jouw samenleving krijgt, de voornaamste impact is dat die het collectieve bewustzijn verhoogt. En dat betekent dat er nu iets naar buiten gebracht kan worden dat hoger is dan jij kon doen, in ieder geval met je huidige bewustzijnsniveau. Dat betekent, als je nog lang genoeg te leven hebt, dat je opnieuw een cyclus door moet gaan waarin jij je bewustzijn verhoogt. Dan kun je misschien iets nieuws naar buiten brengen. Maar het kan ook zo zijn dat dit alles was wat jij naar buiten kon brengen omdat jij je bewustzijn niet verder wilt transcenderen. En dan zal er iemand anders komen die de fakkel overneemt en iets nieuws brengt. Het is nogmaals, hetzelfde als de dispensaties van de geascendeerde meesters en de leringen die wij hebben gesponsord. In elk daarvan zaten mensen die dachten dat hun boodschapper de ultieme lering had die de volgende tweeduizend jaar stand zou houden. Deze boodschapper doet dat niet en hij gelooft dat niet, maar hij beseft dat wij een hogere leer kunnen geven als de leringen die door hem zijn gegeven, het collectieve bewustzijn beginnen te beïnvloeden. Als hij zijn bewustzijn blijft verhogen, kan hij in ieder geval een deel van die hogere leer blijven geven. Er zal echter een moment komen waarop er andere boodschappers komen die dit oppakken en de volgende leer zullen geven. En zo werkt progressieve openbaring. Zo gaat filosofie vooruit, zo gaat wetenschap vooruit, zo zou religie in het ideale geval vooruit moeten gaan. Je ziet dat een historisch proces tot vooruitgang leidt. Er is een kracht die vooruitgang bevordert. En die kracht is geen dualistische of dialectische kracht.

De filosoof Hegel kwam met het idee dat een these een antithese veroorzaakte en dat de wisselwerking tussen die twee tot een synthese leidde. Deze uitleg is echter niet volledig. De waarheid is dat wat wij de kracht van de Heilige Geest hebben genoemd of de Rivier van Leven, tot vooruitgang leidt. Omdat de aarde een van de miljarden planeten is waarop de van zichzelf bewuste wezens zijn, op de overgrote meerderheid van die planeten constructieve keuzes hebben gemaakt om hun bewustzijn te verhogen door zichzelf voortdurend te transcenderen. Dat creëert de kracht die aan de aarde trekt. En deze trekt de aarde omhoog, die trekt het collectieve bewustzijn op.

Wat de dialectiek schept, zoals Hegel correct aanvoelde, is het dualiteitsbewustzijn. Er is een kracht die tot vooruitgang leidt, maar er komt vaak vooruitgang omdat er twee tegenovergestelde polariteiten zijn. Dit kan, zoals we hebben uitgelegd, een gevestigde machtselite zijn die tegen verandering is en een opkomende elite die veranderingen tot stand wil brengen maar dat niet onder dwang of met geweld doet. Zij zien zichzelf vaak eerder als de tegenstander van de gevestigde elite dan dat ze zich echt hebben afgestemd op de opwaartse kracht. Je ziet dat een onderliggende kracht tot vooruitgang leidt. Maar dan komen er ook nog dualistische tegenstellingen boven – omdat heel veel mensen nog steeds in het dualiteitsbewustzijn vastzitten – die elkaars tegenovergestelde zijn. En dit heeft Hegel onderkend: dat de ene dualistische polariteit de these vormt, en de andere de antithese, en de wisselwerking zorgt voor de synthese. Maar die synthese wordt niet alleen door die twee dualistische polariteiten gevormd. Die wordt gecreëerd door de opwaartse kracht van het universum dat de twee dualistische polariteiten omhoog trekt. Het is niet alleen een synthese tussen twee polariteiten. Er is een onderliggende kracht die alles optrekt. En dat leidt tot vooruitgang. Wanneer er een nieuw niveau in de samenleving is bereikt, kan er zich misschien een ander dualistisch paar van polariteiten vormen die een nieuwe these en antithese wordt en dan zie je dat dit proces wordt voortgezet. Maar als we verder in de Gouden Eeuw komen, worden de mensen zich meer bewust van de dualistische dynamiek en de epische denkwijze en als het collectieve bewustzijn wordt verhoogd, zal er minder dialectisch gepingpongd worden. En dan zal de aarde in een spiraal komen van opwaartse groei waar geen extreme schommelingen meer voor nodig zijn. En dan zal er op een bepaald moment geen these en antithese meer zijn. Dan is er gewoon een opwaartse beweging waarin de mensen niet meer zo absurd extreem hoeven te doen voor ze een evenwichtiger manier vinden om groei te creëren.

Je kunt hier nog veel meer over zeggen, maar deze ideeën op zich kunnen de filosofie al op een heel nieuw spoor zetten die haar in de Gouden Eeuw zouden kunnen brengen. Maar ik kan je wel zeggen dat filosofie, als we verder in de Gouden Eeuw komen, niet meer apart staat van de mystiek, omdat filosofen meer intellectuelen zullen zijn die alleen het redeneringsvermogen van de geest gebruiken. Zij zullen zich ervan bewust worden dat zij om hun potentieel te bereiken – in feite de filosofie uit de impasse te halen waarin ze nu al heel lang zit – hun intuïtieve vermogens moet gebruiken en hun bewustzijn verhogen. De mystiek en de filosofie zullen versmelten, net zoals de mystiek versmelt met de wetenschap, mystiek met religie, mystiek met spiritualiteit, mystiek met uitvindingen, mystiek met het zakenleven, het zal allemaal met elkaar versmelten omdat de mensen zich zullen realiseren dat het potentieel van elke onderneming is dat je actief aan de moet met je persoonlijke psychologische problemen, alle trauma’s opruimen en je bewustzijnsniveau verhogen, zodat je hogere ideeën kunt bevatten op jouw specifieke terrein van interesse.