Hoe je moet omgaan met de innerlijke geesten en de gescheiden zelven

Vraag: We moeten onze innerlijke geesten laten sterven. Hoe bestaan zij, hoe sterven zij en wordt er een vacuüm geschapen voor wij een andere geest scheppen?

Antwoord van Geascendeerde Meester Moeder Maria, 2018 – Albuquerque (USA):

Een innerlijke geest wordt geschapen door een beslissing die je hebt genomen. Zo is het leven van die geest begonnen bij wijze van spreken. Dus als je die beslissing eenmaal ziet, en hem ongedaan maakt, door die door een betere beslissing te vervangen, dan sterft die geest – hij is weg. De essentie van die geest is weg. Nu, kan de geest natuurlijk een bepaalde hoeveelheid energie hebben verzameld die deze geest een lagere kwaliteit heeft gegeven en die moet worden opgeruimd. Maar in de meeste gevallen moet je die energie opruimen voor je die geest daadwerkelijk kunt zien. Gewoonlijk zeg je invocaties en decreten op en daardoor wordt die energie opgeruimd en daarna kun je de geest zien en als je die beslissing ongedaan maakt, is de geest weg, alsof hij nooit heeft bestaan.

Op een lager niveau hebben wij jullie leringen gegeven over innerlijke geesten en nu hebben wij de hogere lering over de gescheiden zelven gegeven en er bestaat een subtiel verschil tussen in die zin dat de innerlijke geesten niet zo complex zijn en hetzelfde bewustzijnsniveau hebben, zou je kunnen zeggen. Hoewel ze niet van zichzelf bewust zijn, ligt er een bepaald bewustzijnsniveau in ingebed als het gescheiden zelf; de gescheiden zelven zijn complexer. Het kan dus zijn dat als je een innerlijke geest loslaat dat er een vacuüm ontstaat. Je kunt dan weer een andere geest creëren om dat te compenseren. Omdat de geesten meer zijn gemaakt als mechanisme om iets te compenseren, als reactie op omstandigheden op aarde, terwijl de zelven zijn geschapen als reactie en daarom zijn ze complexer. Als je een zelf echt opruimt, dan hoef je geen ander zelf te maken, omdat je die beslissing hebt opgeruimd.

Nu kunnen er nog andere zelven zijn die na dat zelf zijn gemaakt en daar moet je mee aan de slag. Velen van jullie hebben het oerzelf geschapen toen je het allereerste geboortetrauma kreeg, dat één zelf is. Je kunt dat oerzelf daadwerkelijk opruimen, maar nadat je het oerzelf had geschapen, heb je ook nog andere zelven geschapen die in zekere zin nakomelingen zijn van het oerzelf en als je die niet hebt opgeruimd dan moet je aan die zelven werken en ze opruimen. Maar het is niet zo dat je een nieuw zelf moet maken om een vacuüm op te vullen. Maar je moet kijken welke andere zelven je verder nog hebt en die opruimen.

Vraag: Wanneer wij met een gescheiden zelf aan de slag gaan, en ik zal het persoonlijk maken omdat ik aanneem dat het voor iedereen geldt: Wanneer ik met het gescheiden zelf aan de slag ga en naar mezelf kijk, dan zie ik een reactie bij mezelf; ik kijk naar de overtuiging of het identiteitsgevoel dat achter die reactie zit en dan zeg ik: “Ik zie je. Ik laat je los.” Soms lijkt het alsof het niet wordt geëlimineerd. Het is alsof ik er een onkruidverdelger op spuit. Ik kan wel zien dat hij een beetje zwakker is geworden, maar hij is er nog wel. Die reactie is er nog steeds wanneer ik in een andere soortgelijke situatie kom. Is het dan een kwestie van geduld of zou ik iets anders kunnen doen om het proces te versnellen?

Kim: Ik zal dit antwoord zelf geven, omdat ik ook precies hetzelfde heb ervaren als veel van jullie. Ik ben jaren geleden tot de ontdekking gekomen dat wanneer ik iets in mijn eigen psyche zie, ik een bepaald inzicht heb, dit niet betekent dat ik het al opgelost heb, omdat het met alle vier lagere lichamen te maken heeft. Dus ik kan iets bewust zien, maar er kan nog een emotionele component zijn die ik moet oplossen, of een mentale, of een component op het identiteitsniveau.

Toen ik begon te werken aan het hele oerzelf, begon ik het intellectueel iets te begrijpen. Ik werkte eraan, ik deed oproepen. Ik riep Jezus om mij te helpen om het duidelijker te zien en ik kon zien dat ik er nog steeds een reactie op had, zoals jij net zei. Dit ging zo in ieder geval nog maanden door en op een morgen toen ik half wakker was, kon ik gewoon voelen dat er iets in mijn brak, zonder dat ik er iets voor had gedaan. Iets liet zomaar los. Het had te maken met wat ik van het oerzelf had begrepen en ik liet dat gewoon los. Ik voelde me daarna heel ontspannen. Ik voelde mij ontspannen op het identiteitsniveau, op het mentale niveau, ik dacht nergens aan, ik had geen gevoelens, maar mijn lichaam was zo slap dat ik me nauwelijks kon bewegen. Ik kon nauwelijks uit bed komen en dit heeft drie dagen geduurd. Ik kon me wel bewegen, maar ik voelde me zo los en zo ontspannen en daardoor wist ik dat het een belangrijk doorbraak was; het was geen intellectueel inzicht.

Vraag: Is het dan een kwestie van volharding?

Kim: Ja, zo voelt wel, omdat het vanaf het moment dat ik het bewust kon begrijpen, nog wel enige tijd heeft geduurd om het op te ruimen op die andere niveaus. Het is niet zo dat er in die twee maanden niets is gebeurd. Ik kreeg diverse inzichten die mij andere details gaven. Ik deed zoiets als wat jij zei. Iedere keer dat ik een inzicht kreeg, zei ik: “Ah, nu zie ik dat jij mij niet bent en ik laat jou sterven” en dat soort dingen. Je kunt iets zeggen met je gewone gedachten, maar je moet op een bepaald moment iets besluiten, voordat je het echt los kunt laten. Je kunt niet alleen iets mechanisch herhalen, omdat je het moet internaliseren.