Zakenmodellen in de Gouden Eeuw

Vraag: Welk zakenmodel zou geschikt zijn voor de Gouden Eeuw? Ik hoorde dat coöperaties als een succesvol zakenmodel worden gezien in Europa. Kan dit coöperatieve model een alternatief zijn voor de vroegere zakenmodellen?

Antwoord van Geascendeerde Meester Saint Germain, 2019 – Korea:

Er zullen veel verschillende zakenmodellen in de Gouden Eeuw ontstaan en daar zijn er nu al een paar. Er zijn mensen die zich hebben afgestemd op mijn bewustzijn en ideeën en konden met ons meegaan. En een coöperatie is daar zeker één van. Maar niet de enige. Er moeten veel verschillende vormen van komen, afhankelijk van het grootte van de zaak, de soort zaak. Het is wel duidelijk dat er in de Gouden Eeuw een soort democratisering van de bedrijven moet komen. Zoals we in de dictaten tijdens deze conferentie hebben gezegd, lijken de grote coöperaties op een soort dictator met een heel gecentraliseerde vorm van leiderschap. En de winst wordt natuurlijk ook gekanaliseerd naar een heel kleine groep mensen die de winst ontvangen van de vele mensen die voor de coöperatie werken.

Het belangrijkste in de Gouden Eeuw is dat de mensen het gevoel krijgen dat zij een onderdeel van het bedrijf vormen en dat zij daar persoonlijk verantwoordelijk voor zijn. Dit is essentieel voor een democratie. Bij een dictator zie je dat de mensen niet zoveel verantwoordelijkheid voelen voor wat de regering doet, omdat zij daar maar weinig invloed op hebben. Het is dus duidelijk dat er verband bestaat tussen het gevoel van de mensen dat ze invloed op iets hebben en de mate van verantwoordelijkheid die ze daarvoor voelen. Daarom is een democratie een bewustere, verlichtere vorm van regeren, omdat de mensen zich er meer betrokken bij voelen en het gevoel hebben dat zij meer verantwoordelijkheid dragen. Natuurlijk zie je in veel van de oudere democratieën dat de mensen iets van dat gevoel van betrokkenheid zijn kwijtgeraakt, maar zij hebben in ieder geval de mogelijkheid om zich ermee te bemoeien als zij dat willen.

In een Gouden Eeuw is het dus belangrijk dat de mensen zich een onderdeel voelen van het bedrijf. En dat betekent meerdere dingen. Het betekent in de eerste plaats dat de winst die zij hebben gemaakt voor een deel door dat bedrijf moet worden gedeeld met alle mensen die daar werken. Dit zal niet alleen op vrijwillige basis gaan gebeuren, maar het zal op een bepaald moment een wet worden in bepaalde landen dat een bedrijf niet mag functioneren zonder de winst met al haar werknemers te delen. Er moet veel meer openheid komen in de structuur van het leiderschap, waarbij je niet het top down management hebt dat je tegenwoordig in veel bedrijven ziet. In plaats daarvan zal men naar de mensen die in het bedrijf werken luisteren; zij zullen niet alleen invloed hebben op de werksituatie maar op alle aspecten die te maken hebben met het bedrijf. En tegenwoordig zie je dat veel van de grotere corporaties een raad van bestuur hebben, waarin mensen van buiten het bedrijf zitten die bepaalde belangrijke beslissingen voor een bedrijf nemen. Maar die bestuursleden hebben weinig kennis van hoe het bedrijf eigenlijk werkt. En zij hebben zeker geen directe ervaring van wat het betekent om voor dat bedrijf te werken en wat het betekent om de producten te maken en de vele problemen om het te produceren waar veel werknemers mee te maken hebben. Het is dus wel duidelijk dat er ook een model zal komen dat zou vragen waarom er mensen van buitenaf, die niets van het bedrijf afweten, in de directie moeten zitten. Waarom niet mensen uit het bedrijf zelf daarvoor vragen en waarom zouden er zelfs geen mensen in kunnen uit het laagste niveau van werknemers die helemaal aan de top in het bestuur van de directie zitten.

Dit is iets wat op een natuurlijke manier zal gebruiken, omdat er geleidelijk aan iets zal veranderen, omdat je niet meer doet waar wij het over hebben gehad, het gevoel dat er maar een paar mensen in staat zijn om beslissingen te nemen en weten wat het beste is. Omdat men zich realiseert dat het bedrijf dat het best kan concurreren, het bedrijf is dat de expertise van haar eigen werknemers gebruikt en de ervaring die zij hebben op alle niveaus van dat bedrijf.

Tegenwoordig zie je dat veel bedrijven met een bepaald probleem op één niveau van het bedrijf, veel geld besteden aan het inhuren van een consultant van buitenaf, maar dat zij vaak niet eens de moeite nemen om hun eigen werknemers ernaar te vragen, waardoor ze gratis advies zouden krijgen omdat de werknemers niet alleen het probleem kennen, maar er ook in geïnteresseerd zijn om het op te lossen al was het alleen maar om hun eigen werksituatie te verbeteren. Je gaat dan zien dat er iets verandert in het bedrijf in die zin dat het doel van de meest succesvolle bedrijven niet het maximaliseren van de winst is. Winst wordt minder belangrijk in de zakenwereld. Wat belangrijk wordt voor veel bedrijven, of de succesvollere bedrijven, is dat zij de samenleving echt een dienst bewijzen. Natuurlijk moet bedrijven economisch functioneren. Zij moeten dus betaald worden voor hun producten of diensten. Maar zij doen dit meer om iets bij te kunnen dragen aan het geheel. Wat kunnen wij doen voor de mensheid?

Je ziet dat er al bedrijven zijn die deze filosofie hebben. Zij hebben dat nog niet altijd op de meest evenwichtige manier gedaan. Maar er zijn bedrijven die de strategie hebben ontwikkeld dat zij zich bewust willen zijn van het milieu, zij willen zich ervan bewust zijn hoe hun producten worden gemaakt, zij willen een duurzaam zakenmodel door materialen opnieuw te gebruiken en veel andere dergelijke initiatieven. En die dingen zullen in een Gouden Eeuw steeds belangrijker worden. En dit zal gedeeltelijk tot stand komen omdat het bewustzijn onder consumenten wordt verhoogd en consumenten veel bewuster zullen worden. En dan gaat het niet meer over de kosten van het product. Maar er zullen veel dingen meespelen. Consumenten zullen in toenemende mate vragen gaan stellen die niets te maken met het gebruik van het product en de winst die ze maken met het product en de kosten van het product. Zij zullen zich ook bemoeien met hoe het product wordt gemaakt. Waar werd het gemaakt? Hebben de makers goede arbeidsvoorwaarden? Worden ze netjes betaald? Deelt het bedrijf de winst? Of gaat het om het verrijken van een kleine elite? Dit soort dingen zal steeds belangrijker worden dan de doelen en geleidelijk aan zullen er vrijwillig veranderingen worden doorgevoerd in veel bedrijven, omdat zij beseffen dat iets wat heden ten dage nog maar een kleine markt is van bewustere consumenten een steeds grotere markt zal worden. Je kunt al zien dat bijvoorbeeld ecologisch geproduceerd voedsel niet meer een klein onderdeel vormt, maar al een heel groot bedrijf wordt in een paar landen en de mensen zijn bereid om op een verantwoorde manier meer voor producten te betalen. En dit zal zich exponentieel uitbreiden in de Gouden Eeuw, omdat alle mensen zich hier bewuster van zijn.

Je ziet bijvoorbeeld al dat er bedrijven zijn die de winst met hun werknemers beginnen te delen, de mensen zullen meer geld hebben en dan zullen ze het niet zomaar besteden aan iets wat zij willen, maar zij zullen in staat zijn om kwaliteit te kopen, om producten te kopen; ze kunnen het zich veroorloven om producten te kopen die op een bewustere manier zijn geproduceerd, zoals ecologisch voedsel. En dit zal het zakenklimaat drastisch veranderen zodat een bedrijf dat alleen maar uit is op winst op den duur een minderheid aan bedrijven zal worden. En het zal zelfs zover komen dat het wordt gezien als een ouderwets, verouderd bedrijf dat de meeste mensen niet eens willen steunen.

Er zullen veel veranderingen komen alleen al als gevolg van het verhogen van het bewustzijn en er zullen natuurlijk veel nieuwe ideeën voor bedrijven bijkomen. Een belangrijk aspect hiervan is dat consumenten als zij hun bewustzijn verhogen, zich bewust worden van de aard van de grote corporaties en steeds minder graag hun producten bij hen kopen. Dan zullen er veel meer kleine bedrijven komen. In de eerste plaats omdat een kleiner bedrijf een humanere cultuur heeft door te luisteren naar de werknemers en winstdeling. Maar in een grote corporatie met honderdduizenden werknemers is het heel moeilijk om de menselijke schaal te handhaven waarin de menselijke zorgen belangrijk zijn en de individuele werknemer belangrijk is. De mensen zullen dus zaken doen met die kleinere, meer verantwoordelijke bedrijven en daarom zullen die bloeien. Terwijl de grote corporaties langzaam uitsterven en op den duur eenvoudig inkrimpen en worden gesplitst in kleinere bedrijven.

Met andere woorden, wat je aan het eind van de negentiende eeuw in de Verenigde Staten zag toen particuliere kapitalisten zoals Rockefeller en anderen monopolies probeerden te vormen. Dit zette het toneel klaar voor de opkomst van grote corporaties, omdat bedrijven steeds groter probeerden te worden door het concurrerende bedrijf over te nemen of te vernietigen. Maar deze trend is al enigszins omgekeerd, hoewel we wel zien dat er nog corporaties zijn die groeien. Maar je ziet het begin van een nieuwe trend en dit zal leiden naar het moment waarop de grotere bedrijven zich zullen splitsen en er meer diversiteit in het bedrijfsleven komt. Wij hebben al besproken dat de tweede wet van de thermodynamica duidelijk maakt dat diversiteit de sleutel tot overleving is. Maar dit is ook de sleutel tot voorspoed en de sleutel om talenten te vergroten. En daarom zal een economie met meer diversiteit en kleinere bedrijven veel welvarender worden, veel vitaler, veel creatiever dan tegenwoordig. Corporaties zijn duidelijk geneigd om te proberen dominant op de marktplaats te worden. Toen ze het gevoel kregen dat ze dit bereikt hadden, hielden ze op met het zoeken naar nieuwe oplossingen. Als ze daarvoor creatief waren, hielden ze op met creatief zijn en willen ze de creativiteit vernietigen, en nu willen ze eigenlijk voorkomen dat er nieuwe bedrijven komen met nieuwe ideeën die hun dominantie op de marktplaats kunnen bedreigen. En dat is niet meer houdbaar in een Gouden Eeuw, omdat er meer creativiteit zal komen waardoor de bedrijven die de creativiteit indammen het niet kunnen overleven. Dit zal voor een groot deel komen doordat het bewustzijn onder de consumenten stijgt die zich niet meer druk maken over de goedkoopste producten, maar producten willen die echt aan hun behoeften voldoen en op een verantwoorde manier zijn gemaakt. En die producten zijn dus niet geschikt voor massaproductie, de lopende banden van tegenwoordig, om steeds goedkopere producten te maken. Het zal steeds belangrijker worden om productie op kleine schaal te hebben die een product kan maken met bepaalde persoonlijke details die de mensen willen en waar ze voor willen betalen.