Mensen die beweren een incarnatie van God te zijn

ONDERWERPEN: Atman of overziel – iedereen is een individualisatie van God, maar de meesten kunnen dit niet accepteren – niemand incarneert met het volledige Godbewustzijn – de aarde heeft een te lage vibratie om iemand met Godbewustzijn te laten incarneren – hindoes gebruiken het woord ‘God’ anders dan het westen – iemand met Christusbewustzijn zou niet beweren dat hij God is, die is geïncarneerd – alleen de geest van de antichrist kan geloven dat hij God is – alleen het ego wil zich boven andere mensen plaatsen – alleen gevallen wezens zullen zeggen dat zij een goddelijke incarnatie zijn – de droom van de gegarandeerde verlossing zorgt ervoor dat mensen goeroes volgen die boude uitspraken doen – veroorzaakt afhankelijkheid in plaats van Christusschap

Vraag: Er zijn diverse goeroes of spirituele leraren die beweren dat zij een incarnatie van God of een aspect van God zijn. Natuurlijk geloven veel christenen dat Jezus God op aarde was, Is dit echt waar?

Antwoord van Geascendeerde Meester Jezus door Kim Michaels:

Ik ben me ervan bewust dat verscheidene goeroes zowel in het oosten als het westen beweerd hebben dat ze de incarnatie van een of meer goden zijn. Omdat de vraag van Goddelijke incarnatie enigszins complex is, zal ik proberen een korte uitleg te geven.

De Veda’s zijn correct als ze zeggen dat er een overziel of Atman bestaat waaruit alle van zichzelf bewuste wezens voortkwamen. Deze Atman is een verlengstuk van het Wezen van de Schepper en daarom zou je technisch gezien kunnen stellen dat alle mensen Goddelijke incarnaties zijn. Toch geef ik er de voorkeur aan om te zeggen dat alle mensen het zaad van het Godbewustzijn in zich hebben, maar dat het zaad gevoed moet worden om het tot volle wasdom te laten komen. Daarom zou ik niet zeggen dat alle mensen Goddelijke incarnaties zijn en laat mij uitleggen waarom.

Zoals uitgelegd in de lering over jouw ware identiteit, werd je geschapen als verlengstuk van een spiritueel Wezen. Je werd echter geschapen met een beperkt zelfbewustzijn en het was de bedoeling, dat je zou groeien totdat je het volledige Godbewustzijn kreeg. Met andere woorden, er is niemand die OOIT de eerste keer met volledig Godbewustzijn is geïncarneerd. Iedereen moet geleidelijk aan groeien.

Wanneer je het volledige Godbewustzijn bereikt, zou je theoretisch kunnen zeggen dat je een Goddelijke incarnatie bent die volledig ontwaakt is en bewust van zijn/haar identiteit – zoals sommigen zeggen. Het probleem met deze bewering is dat het van het volledige Godbewustzijn bereiken niet in het materiële universum kan en zelfs niet in de lagere niveaus van het spirituele rijk. Om het volledige Godbewustzijn te bereiken, moet je opklimmen tot het niveau van de Schepper en dan incarneer je niet meer op aarde. Met andere woorden, wanneer je het bewustzijnsniveau bereikt waarop je rechtmatig aanspraak kunt maken op de bewering dat jij een Goddelijke incarnatie bent, ben je niet meer op aarde.

Als nieuwe medeschepper, moet je eerst ascenderen, waardoor jij permanent jouw plaats in het spirituele rijk verdient. Je kunt dan kiezen of je bij de aarde wilt blijven en niet geascendeerde wezens helpen met hun groei of je kunt kiezen om verder te gaan naar hogere niveaus en naar het volledige Godbewustzijn streven. Als je besluit om bij de aarde te blijven – een Boddhisatva wordt – stel je het bereiken van het volledige Godbewustzijn uit. Het is gewoon waar dat het collectieve bewustzijn van de mensheid nog zo laag is dat geen enkel Wezen met volledig Godbewustzijn hier zou kunnen incarneren.

Het spirituele rijk heeft verscheidene niveaus en dus is er een hiërarchie van spirituele wezens, die zich uitstrekt van het laagste spirituele rijk – het rijk dat in vibratie net boven het materiële universum ligt – tot de Schepper zelf. De meeste mensen op aarde zijn individualisaties van spirituele wezens op het laagste niveau van het spirituele rijk. Er zijn een paar mensen die oorspronkelijk verlengstukken waren van Wezens uit een hoger spiritueel rijk, maar niet één is een directe individualisatie van de Schepper zelf.

Met andere woorden geen enkel wezen dat ooit op aarde geïncarneerd is, is een directe individualisatie van de Schepper, maar is uit een hiërarchie van wezens voortgekomen die met de Schepper is begonnen. De Schepper heeft zich eerst als Alfa en Omega gemanifesteerd en daaruit ontstond het volgende niveau, enzovoort. Mijn punt is dat geen enkel Wezen die een echte afstammeling is van de Hiërarchie van het Licht zou beweren dat hij een absolute of alomtegenwoordige incarnatie van God is – zonder mee te nemen welke naam jij voor God zou gebruiken. Als de Schepper op aarde zou incarneren, zou de intensiteit van het licht de hele planeet en alle zielen die daar incarneren, gewoon vernietigen. Daarom moet het licht vele malen stapsgewijs verminderd worden voordat een spiritueel Wezen kan incarneren, zonder het doel te verstoren waarvoor de aarde geschapen werd, namelijk het uitvoeren van de vrije wil.

Wat het water enigszins vertroebelt, is het feit dat verscheidene religies – vooral het hindoeïsme – niet het woord ‘God’ op dezelfde manier gebruiken als gewoonlijk in het westen. Zij gebruiken het woord God om te verwijzen naar diverse wezens uit zowel het lagere spirituele rijk als de hogere rijken. Soms wordt het woord ‘God’ – onjuist – gebruikt voor wezens uit een van de niveaus van het materiële rijk. Als een westerling dan hoort dat iemand een incarnatie is van een God, denkt hij of zij dat het om de allerhoogste God gaat, omdat dit de term is die het meest in het christendom wordt gebruikt. Daarom beweren sommige westerlingen dat het hindoeïsme geen monotheïstische religie is. Ze begrijpen niet dat het hindoeïsme wel een allerhoogste God erkent, namelijk Brahman, maar ook dat een aantal lagere wezens God genoemd worden, die duidelijk onder de allerhoogste God vallen.

Mijn punt is dat enkele mensen op aarde een individualisatie zijn van Spirituele Wezens die het bewustzijnsniveau hebben bereikt die in het zuivere hindoeïsme het niveau van de Goden wordt genoemd. Dit verwijst in feite naar diverse niveaus in het spirituele rijk die in vibratie vlak boven het materiële universum liggen en niet naar de allerhoogste God. De vraag is echter of zulke wezens technisch gezien een incarnatie van God zijn, of dat ze zichzelf ooit zo zouden zien?

Wanneer een Wezen in het spirituele rijk een individualisatie van zichzelf naar de aarde zendt, stuurt hij niet zijn totale Wezen. De individualisatie heeft niet het volledige gewaarzijn van zijn spirituele ‘ouder’. Hij begint met hetzelfde beperkte bewustzijn als ieder ander menselijk wezen en daarom ziet hij zichzelf gescheiden van zijn eigen hogere Wezen. Daarom kun je niet zeggen dat hij een Goddelijke incarnatie is.

Een wezen kan op den duur het Christusbewustzijn bereiken, waarmee hij zijn eenzijn met zijn hogere Wezen accepteert, waardoor hij toegang krijgt tot de krachten van dat Wezen. Op dat punt zou je kunnen zeggen dat je een Goddelijke incarnatie bent door het feit dat je hogere Wezen door jou kan werken (Ik kan zelf niets doen; de Vader in mij doet het werk). Toch zou een persoon met Christusbewustzijn niet beweren dat hij een incarnatie van God is en hij zou ook niet beweren dat hij een Goddelijke incarnatie is in die zin dat de Schepper zichzelf direct gemanifesteerd heeft als die persoon. Zo zou je nooit beweren dat je de allerhoogste God op aarde bent.

Zelfs een geascendeerde meester beweert niet dat hij God is, maar ziet zichzelf als een verlengstuk van een hiërarchie die teruggaat tot de Schepper. Mijn punt is dat er een subtiel, maar heel belangrijk verschil zit tussen jezelf één zien met de spirituele hiërarchie die teruggaat tot de Schepper en daadwerkelijk denken dat jij God BENT. Alleen de Schepper is God, terwijl alle geschapen wezens medeschepper met God zijn (totdat ze het volledige Godbewustzijn bereiken). De functie van het Christusbewustzijn is medescheppers te helpen hun gevoel van eenzijn met God te behouden. Daarom roep je als je één met God wordt: “Ik en mijn Vader zijn één”. Je denkt niet dat je de Vader bent.

Alleen een wezen dat verdwaald is in het bewustzijn van de antichrist – en dus van de Schepper gescheiden – kan geloven, dat hij God IS. Daardoor kan alleen het ego – in de extreme vorm die zijn menselijke ego ontstijgt – van iemand hem zo’n bewering laten doen. Een wezen dat zijn ego overwonnen heeft, zou zichzelf nooit als een incarnatie van God zien, maar zou de hiërarchie waaruit hij voortgekomen is, erkennen. Daarom vervult de Christelijke doctrine die zegt dat ik vanaf het begin God was en dat ik nooit door God geschapen werd, mij met afschuw. IK BEN inderdaad geschapen als medeschepper met God en moest mijn weg omhoog vinden naar het Christusbewustzijn, voordat ik mijn rol als de Levende Christus op aarde kon vervullen.

Mijn punt is dat niemand ooit met het volledige Godbewustzijn is geïncarneerd en dus zou ik zeggen dat zij geen Goddelijke incarnatie waren, zoals de meeste westerlingen dat zien. Daarom beschouw ik zelf mijn laatste incarnatie als Jezus niet als een Goddelijke incarnatie.

Ik ben mij ervan bewust dat oosterse studenten enigszins anders tegen het concept Goddelijke incarnatie aankijken, maar mijn wezenlijke punt is dat het concept eigenlijk nogal nutteloos is. Zelfs als dit leven voor iemand zijn laatste incarnatie is en bijna het geascendeerde bewustzijn heeft bereikt, zou die persoon zich op geen enkele manier boven andere mensen plaatsen of beweren dat hij onfeilbaar is. Krishna, de Boeddha en ikzelf hebben niet beweerd dat wij een incarnatie van God zijn. In tegendeel, hoe meer je bereikt met ware spirituele groei, des te meer vereenzelvig jij je met al het leven en probeer je mensen te vermijden die jou op een voetstuk plaatsen. Je wilt dat de mensen hun eigen Goddelijkheid ontdekken in plaats van jouw Goddelijkheid aanbidden. Daarom gebruikte ik het concept van ‘de Zoon des Mensen’ voor mezelf en noemde mijzelf nooit direct de Zoon van God.

Ik had het Christusbewustzijn bereikt en wanneer je dit doet, realiseer jij je dat je een zoon of dochter van God bent. Daardoor kun jij jezelf echt zo noemen, maar ik wist dat ik door dat te doen het risico slechts zou vergroten dat ik in een afgod zou worden veranderd. Mijn punt is dat als mensen echt een hoge bewustzijnsstaat krijgen, zij zichzelf niet een Goddelijke incarnatie zouden noemen. Toch is het gepast dat veel mensen zichzelf in dit tijdperk zoon of dochter van God noemen en wanneer veel mensen dit doen, neemt dit het risico van verafgoding weg.

Ik ben mij ervan bewust dat sommigen zullen aanvoeren dat mijn verklaringen – evenals mijn verklaringen van 2000 jaar geleden – aantonen dat ik nog in de dualiteit ben. Sommigen zeggen dat het concept eenzijn met God of Gods Zoon zijn, nog steeds dualiteit inhoudt en dat zij boven de dualiteit staan, wat betekent, dat zij God zijn. Er zitten nogal wat fouten in deze redenering:
* Jezelf zien als medeschepper met God is niet dezelfde soort dualiteit als de dualiteit van de geest van de antichrist die de meeste mensen op aarde gevangenhoudt – zoals ik uitleg in de verhandelingen over het ego. Jezelf één met God zien, is niet hetzelfde als jezelf van God gescheiden zien door een ondoordringbare barrière. Weten dat je een individualisatie van God bent, maar niet de volheid van God, is eenvoudig het realisme van het Christusbewustzijn tegenover de misleiding van de geest van de antichrist.
* Niemand kan volledig boven de dualiteit staan – in de betekenis van afstand van God – onder de huidige omstandigheden van het materiële universum. Alleen in de hogere vibraties van het spirituele rijk kan men tot het volledige Godbewustzijn opklimmen en zelfs dan nog maar in het hoogste spirituele rijk.
* Als je het volledige Godbewustzijn bereikt, verlies je niet jouw individualiteit en verdwijn je in God. Je behoudt je individualiteit en daardoor word je zelf een Schepper. De Schepper heeft jou niet geschapen om je eonen lang bewuste ervaringen te laten meemaken om je daarna weer te laten verdwijnen. De Schepper heeft jou geschapen, zodat jij ook een Schepper kunt worden en de Rivier van Leven voortzetten.

Laten we nu eens nadenken over wat maakt dat iemand beweert dat hij een incarnatie van God is. Als je mijn verhandelingen over het menselijke ego bestudeert, zie je dat hij de wens heeft om zichzelf als een autoriteit op te werpen die niet in twijfel kan worden getrokken of tegengesproken kan worden. Eén manier om dit te doen, is door leider van een religieuze organisatie te worden en te beweren dat jij de hoogste autoriteit van God op aarde bent, zoals de paus. De manier in het oosten om dat gezag te verwerven is door je als spirituele goeroe op te stellen en te beweren dat jij een Goddelijke incarnatie bent. Twee verschillende benaderingen van hetzelfde doel.

Toch zal zelfs het menselijke ego niet beweren dat hij God is. Daardoor kan zo’n bewering alleen maar gedaan worden door een wezen dat zijn ego heeft gevormd toen hij uit een van de spirituele rijken viel. Tussen haakjes, zo’n wezen had een bepaalde mate van meesterschap verworven, voordat hij viel en zo kan hij gemakkelijk een aantal bovenmenselijke vaardigheden tentoonspreiden, inclusief de geest als heerser over de materie. Omdat het ego buiten het materiële universum werd gevormd, voelt hij zich verheven boven iedereen op deze wereld en dat is de reden dat het ego kan beweren dat hij de allerhoogste God op aarde is.

Wat mensen gevoelig maakt om zo iemand te volgen, is de wens van het ego van iemand om een gegarandeerd pad naar verlossing te vinden. Als je een aanhanger van een goeroe bent die de goddelijke incarnatie is, moet jouw verlossing wel gegarandeerd zijn. Jouw ego kan je dan het gevoel geven dat jouw goeroe al het werk wel voor jou doet en daarom hoef jij je ego er niet mee te confronteren dat hij het ware Christusschap moet nastreven. Dit overkomt bijna iedereen, die een zogenaamde ‘Supergoeroe’ volgt. Ik ben mij er heel goed van bewust dat veel christenen mij in deze vorm van super-goeroe hebben veranderd.

Sommige goeroes hebben de mechanische aspecten geleerd om materie op een zinloze manier te manipuleren. Hier verwees ik naar toen ik zei:

Want er zullen valse Christussen opstaan, en valse profeten, en ze zullen grote tekenen en wonderen geven, in zo verre, dat ze, waar mogelijk, de uitgekozenen zullen misleiden. (Matteüs 24: 24)

De volgelingen van die goeroes worden vaak afhankelijk van de goeroe in plaats van het Christusbewustzijn na te streven dat sommigen kunnen bereiken. Dit brengt hen in een staat van moedwillige onwetendheid, waardoor ze de beweringen over het gedrag van de goeroe ontkennen of ze besluiten dat zij de goeroe willen volgen, zelfs als die beweringen waar blijken te zijn. Dat gebeurt in een organisatie die op één persoon gericht is en geen contact heeft met de geascendeerde meesters. Zo worden de volgelingen liever de dienaar van de goeroe dan dat de goeroe de dienaar van iedereen wordt. Wanneer de blinden de blinden leiden, eindigen ze beiden in de greppel.

Ik heb veel mededogen met de vele mensen die hun levensstroom aan zulke goeroes hebben uitgeleverd. Toch moet ik ook zeggen – zoals ik doe in mijn verhandeling over verkeerde leraren – wat de enige oorzaak is dat de levensstroom niet de volledige verantwoording voor zichzelf wil nemen en daarom een goeroe wil volgen van wie men denkt dat hij zijn verlossing garandeert. Daardoor is de ziel gevoelig voor degenen die beweren de allerhoogste goeroe te zijn. Ik realiseer me dat er maar weinig hoop is dat deze mensen dit zelfs zullen lezen of serieus over de waarheid in mijn woorden willen nadenken.

Maar degenen die ervoor open staan, moeten beginnen met mijn verhandelingen over het ego te bestuderen, zodat je de elementen in je psyche leert begrijpen die je gevoelig maken om een blinde volgeling te worden. Gebruik dan de hulpmiddelen die wij geven – inclusief de rozenkransen – om ernaar te streven in jouw eigen ware spirituele onderhoud en onafhankelijkheid te voorzien in plaats van een goeroe op aarde, inclusief deze website, te volgen. Het leven is te kort om een volgeling te zijn van het licht van iemand anders – of de schijn van licht. Ontdek je eigen innerlijke licht en volg dat tot je veilig thuis bent.