ONDERWERPEN: Definitie van een spirituele zoeker – mensen herkennen bovennatuurlijke ervaringen niet – religie zorgt ervoor dat mensen innerlijke ervaringen over het hoofd zien of ontkennen – zelden dat je God tot je hoort spreken met een hoorbare stem – spirituele ervaringen voldoen niet aan fysieke criteria – gnosis – mensen leren op hun innerlijke ervaringen te vertrouwen – het gevaar van ‘bewijs’ in de buitenwereld of fenomenen – jullie zijn medescheppers
Vraag: Hoe weet ik of ik mijn geloof niet zelf heb bedacht? Ik lees dagelijks in de Bijbel, ik woon de mis bij en bid, maar toch heb ik nog nooit een bovennatuurlijke ontmoeting met God gehad. Wat heb ik nodig om op het volgende niveau te komen? Kan ik ooit in staat zijn om zijn stem te horen. Waarom moet het geloof zo onzeker zijn? Waarom kan God ons niet meer tekens sturen, zodat we zekerheid krijgen over waar we op hopen? Het is vooral moeilijk wanneer geliefden sterven: nooit in staat zijn er 100% zeker van te zijn, als God ons alleen maar onze beschermengelen of onze geliefden liet zien. Wat doe ik fout? Ik dacht dat je ontvangt, als je iets vraagt en als je zoekt, zult vinden. Hoe lang doe je daarover?
Antwoord van Geascendeerde Meester Jezus door Kim Michaels:
Uitstekende vragen die demonstreren waarom de religie moet worden vernieuwd om nuttig te blijven. Als je openstaat voor de leringen op deze website ben je een spirituele zoeker. Er is maar één factor die van jou een spirituele zoeker kan maken, namelijk dat je een bovennatuurlijke ontmoeting met God hebt, een wezen uit een spiritueel rijk of je eigen Christuszelf. Een spirituele zoeker is, volgens mijn definitie, een persoon die weet dat het leven meer is dan wat hij of zijn met de gewone bewustzijnsstaat ervaart. En jij kunt weten of er meer is, alleen omdat je een glimp hebt opgevangen van dat meer. Denk eens na over een heel belangrijke passage:
13 Toen Jezus in het gebied van Caesarea Filippi kwam, vroeg hij zijn leerlingen: “Wie zeggen de mensen dat de Mensenzoon is?”
14 Ze antwoordden: “Sommigen zeggen Johannes de Doper, anderen Elia, weer anderen Jeremia of een van de andere profeten.”
15 Toen vroeg hij hun: “En wie ben ik volgens jullie?”
16 “U bent de Messias, de Zoon van de levende God,” antwoordde Simon Petrus.
17 Daarop zei Jezus tegen hem: “Gelukkig ben je, Simon Barjona, want dit is je niet door mensen van vlees en bloed geopenbaard, maar door mijn Vader in de hemel.” (Matteüs 16)
Is het niet duidelijk dat mensen in een normale bewustzijnsstaat, die Paulus de ‘natuurlijke’ mens noemde, mij niet als spirituele meester konden herkennen? Mijn discipelen wel, omdat ze een directe innerlijke ervaring hadden gekregen die hen de resonantie liet voelen tussen mijn Wezen en iets in zichzelf, zoals ik elders uitleg.
Dus als je niet al een wat je noemt bovennatuurlijke ervaring hebt gehad, zou je deze vraag niet eens stellen. Je zou in plaats daarvan een agnosticus of een ‘goed christen’ zijn, die tevreden is dat je niet alles over God kunt weten dat niet in kerkdoctrines staat. Met andere woorden, je zou niet proberen een directere ervaring van God te zoeken, tenzij je al zo’n ervaring had gehad. De vraag is: “Heb je de bovennatuurlijke ervaringen die je hebt gehad, herkend of heb je ze over het hoofd gezien, omdat ze niet aan jouw verwachtingen in de buitenwereld voldeden van hoe een bovennatuurlijke ervaring eruit zou moeten zien? En hier komt religie in beeld, omdat heel veel mensen hun concept van bovennatuurlijke ervaringen hebben laten vorm geven door een specifieke religie.
Het belangrijkste inzicht dat je helpt om uit het gevoel van impasse te komen, is dat er niveaus zijn van bovennatuurlijke ontmoetingen. Ja, het is mogelijk om de stem van God in jou te horen praten als hoorbare stem. Toch is dit een zeldzame ervaring en voor je die krijgt, krijg je veel meer subtielere ervaringen waarin je Christuszelf tegen je spreekt als het zachte stemmetje in jou, wat de meeste mensen intuïtie noemen. Dus is elke intuïtieve ervaring of aha-ervaring een bovennatuurlijke ontmoeting.
Uitgaand van wat ik net heb uitgelegd, kun je begrijpen dat er twee mogelijke bewustzijnsstaten zijn voor een menselijk wezen. De ene is wat Paulus het dualistische denken of de natuurlijke mens heeft genoemd, de andere is wat hij de Christusgeest heeft genoemd. Als je helemaal gevangenzit in het lagere bewustzijn, denk je óf dat er niets anders is dan het materiële universum, óf je denkt dat je het niet rechtstreeks kunt ervaren. Veel christenen denken dat ik de stem van God kon horen omdat ik zo speciaal was, maar dat zij nooit hetzelfde zouden kunnen. Dus wijzen ze het geschenk van hun Christuszelf af, zoals ik elders uitleg. Toch is jouw Christuszelf juist de sleutel om de ‘gewone’ staat van gewaarzijn te ontstijgen, en een directe ervaring van de bovennatuurlijke werkelijkheid te krijgen.
Veel niet-religieuze mensen staan niet open voor het bestaan van het bovennatuurlijke, dus wijzen ze de innerlijke stem van hun Christuszelf af. Helaas denken veel religieuze mensen dat het bovennatuurlijke, hoewel ze wel openstaan voor het bestaan van het bovennatuurlijke, aan bepaalde criteria in de buitenwereld moet voldoen. Daardoor wijzen ze de zachte stem van hun Christuszelf af. Met andere woorden, veel christenen kijken naar mijn leven en denken dat een bovennatuurlijke ervaring bewezen moet worden in de vorm van fysiek bewijs. Een voorbeeld hiervan is het proces in de katholieke kerk om een wonder of heilige te erkennen. Een heilige is niet beslist iemand die wonderen in de buitenwereld kan verrichten. Een heilige is iemand die het innerlijke wonder heeft verricht om ‘die geest in jou te laten zijn, die ook in Christus Jezus was’ (Filippenzen 2:5).
In werkelijkheid kan een fysieke gebeurtenis, een gebeurtenis die schijnbaar de natuurwetten tart, nooit iets bewijzen aan iemand die gevangenzit in de dualistische gemoedsgesteldheid. Veel mensen zagen dat ik wonderen verrichtte, toch waren ze er niet van overtuigd dat ik de echte Messias was. Sommigen dachten zelfs dat de kracht van de duivel deze kunststukken verrichtte. Mijn punt is dat door de hele geschiedenis heen veel mensen getuige zijn geweest van wat we bovennatuurlijke ontmoetingen zouden kunnen noemen, maar er toch niet door veranderd zijn. Uiteindelijk betwijfelden ze hun ervaringen en daardoor werd hun geloof niet versterkt. Dus is het gewoon een feit dat een bovennatuurlijk fenomeen aan mensen tonen, hen niet geloof geeft.
Geloof is een fenomeen in je innerlijk en het vindt plaats in jouw gedachten. Daarom is je geloof altijd ‘helemaal in jouw geest’. Waar geloof moet op een innerlijke ervaring worden gebaseerd, wat inhoudt dat alle echte bovennatuurlijke ontmoetingen innerlijke ervaringen zijn. Wat ik zeg, is dat zelfs als ik aan je verschenen was in een tastbaar lichaam, jij er niet van overtuigd zou zijn dat ik echt was, tenzij je de innerlijke ervaring kreeg die alleen jouw Christuszelf jou kan geven. Met andere woorden, het ‘vlees en bloed’ van een fenomeen in de buitenwereld kan je de waarheid niet onthullen.
Alleen de innerlijke ervaring door je Christuszelf kan je waar geloof geven, het soort geloof dat bergen kan verzetten en door geen enkele kracht ter wereld kan worden geschokt. Waar geloof kan niet worden gebaseerd op een tastbaar bewijs in de buitenwereld, maar moet enkel worden gebaseerd op een innerlijke ervaring die alle bewijzen uit de materiële wereld ontstijgt. Dus je zou kunnen zeggen dat om je geloof echt te laten zijn, het ‘helemaal in jouw geest’ moet zitten. In feite moet het verder gaan dan geloof, wat gnosis of innerlijk weten heet.
We zien nu dat je jouw verwachtingen moet loslaten dat bij een bovennatuurlijke ontmoeting fenomenen betrokken moeten zijn die door het ‘vlees en bloed’ van je fysieke zintuigen kunnen worden waargenomen. Dus als je naar het volgende niveau in geloof wilt, moet je de verwachting loslaten dat je geloof bewezen moet worden met materiële middelen. Je moet accepteren dat waar geloof altijd vanuit jouw innerlijk moet komen. Daarom heb ik gezegd:
Jezus zei tegen hem: “Omdat je me gezien hebt, geloof je. Gelukkig zijn zij die niet zien en toch geloven.” (Johannes 20:29)
Degenen die naar binnen gaan om ware bevestiging van hun geloof te vinden, zijn gezegend omdat hun geloof niet kan worden bedreigd door een kracht op de wereld. Hun geloof is bovennatuurlijk geworden en hangt niet af van een natuurlijk bewijs.
Dit brengt ons op een punt dat belangrijk is voor de spirituele zoekers van tegenwoordig. Er zit voortgang in het spirituele leven op planeet aarde. Toen ik 2000 jaar geleden op aarde was, had de mensheid een lager spiritueel bewustzijn dan tegenwoordig. Ik weet dat het moeilijk kan lijken om dit te geloven, maar het is wel waar. Vanwege deze dichtere bewustzijnsstaat was het moeilijker voor mensen om de spirituele waarheid van binnenuit te herkennen, wat betekent dat het moeilijker voor hen was om te geloven zonder uiterlijk bewijs.
In werkelijkheid zouden maar heel weinig mensen aandacht aan mij hebben besteed, als ze geen fysieke wonderen hadden gezien. Dus om de christelijke beweging op gang te brengen, was het nodig de mensen wat fysieke fenomenen te geven die ze met hun zintuigen konden waarnemen. Dit zou mensen aantonen dat er meer in het leven was, en voor hun dagelijkse denkgeest was het niet gemakkelijk om een zichtbaar wonder te ontkennen.
Tegenwoordig staat de mensheid voor een hogere spirituele initiatie en één aspect daarvan is dat ze alle afhankelijkheid van uiterlijke fenomenen of materieel bewijs moeten overwinnen. Als jouw geloof afhangt van materieel bewijs, is het geen waar geloof. En tegenwoordig is het de bedoeling dat de mensen in spiritueel opzicht zichzelf kunnen onderhouden, wat betekent dat ze hun geloof niet kunnen laten afhangen van iets buiten hen.
Het gevolg hiervan is dat de geascendeerde meesters niet meer in die mate uiterlijke fenomenen mogen verrichten als in het verleden. De reden is dat de ervaring heeft getoond dat als je de mensen een fenomeen geeft, zij meer willen. En daardoor worden mensen afhankelijk van het fenomeen in de buitenwereld, of de persoon die ze verricht, in plaats van naar binnen te gaan. Denk maar aan mijn uitspraak:
20 Toen de farizeeërs Jezus vroegen wanneer het koninkrijk van God zou komen, antwoordde hij hun: “De komst van het koninkrijk van God laat zich niet aanwijzen,
21 en men kan niet zeggen: “Kijk, hier is het!” of: “Daar is het!” Maar weet wel: het koninkrijk van God ligt binnen uw bereik.”(Lucas 17)
In deze tijd moeten mensen het koninkrijk in zichzelf vinden, omdat ze alleen dan spiritueel in hun eigen onderhoud kunnen voorzien. En het wordt waarachtig tijd dat de spirituele mensen op aarde volwassen worden en het spirituele pad zelf bewandelen. In feite hebben veel spirituele zoekers er opzettelijk voor gekozen een pad te bewandelen waarop hen bewijzen in de buitenwereld worden onthouden. Ze willen slagen voor de test om enkel een sterk geloof op te bouwen op innerlijke ervaringen. Dit is één van de redenen dat zoveel zoekers formele religies afwijzen, vooral religies die hun bestaansrecht baseren op wonderen die 2000 jaar geleden hebben plaatsgevonden.
Je zou kunnen zeggen dat veel zoekers niet willen dat hun spirituele leraren hen een uiterlijk bewijs leveren. Dus als wij hen wel zo’n bewijs zouden geven op wijd verbreide basis, zou dit een schending van de vrije wil van de mensen zijn. Mijn punt is dat ik als spirituele leraar vaak niet een bovennatuurlijke ervaring in de buitenwereld kan geven, omdat de levensstroom van de persoon dat niet wil. De reden is dat ik zou verhinderen dat de levensstroom naar binnen gaat. Je zou misschien kunnen zeggen dat als je dagelijkse denkgeest denkt dat je een bovennatuurlijke ervaring nodig hebt om te gaan geloven, jij die ervaring niet kunt krijgen, omdat die zou verhinderen dat je binnenin het ware geloof opbouwt.
Je zou zelfs kunnen zeggen dat de essentie van het spirituele pad is dat je al het gevoel dat heelheid afhangt van iets in de materiële wereld, overwint. Dus denk dan eens aan het gezegde: “Als je denkt dat je het moet hebben, kun je het niet krijgen!”
Zie je, in dit tijdperk moeten mensen zich bewust worden van hun ware identiteit als medeschepper met God. En wanneer je medeschepper bent, besef je dat je schept met de kracht van je geest. Daardoor is alle ellende op aarde ontstaan door de geest van menselijke wezens en dat blijft alleen maar zo, omdat de mensen geloven dat het echt is. De sleutel om Gods koninkrijk op aarde te brengen is dat mensen het geloof moeten ontwikkelen dat hen alle menselijke ellende laat vervangen door het koninkrijk van God. En je kunt dat geloof alleen maar krijgen wanneer je het koninkrijk van God dat binnenin jou zit, vindt. Daarom staat er in de Bijbel:
1 Het geloof legt de grondslag voor alles waarop we hopen, het overtuigt ons van de waarheid van wat we niet zien.
2 Om hun geloof werden de mensen uit vroeger tijden geprezen.
3 Door geloof komen we tot het inzicht dat de wereld door het woord van God geordend is, dat dus het zichtbare is ontstaan uit het niet-zichtbare. (Hebreeën 11)
Om Gods koninkrijk op aarde mede te scheppen, moeten de mensen een rotsvast geloof hebben dat alle zichtbare tekortkomingen en lijden door het licht van God kan worden getransformeerd. En vanzelfsprekend kunnen de zichtbare fenomenen op deze wereld je nooit het bewijs leveren van de dingen die jij niet ziet.
Om een directer antwoord te geven op je vraag van wat je fout doet, zou je kunnen zeggen dat je het paard achter de wagen spant. Je denkt dat er van jou verwacht wordt dat je gelooft, en je denkt dat als je een bovennatuurlijke ervaring kreeg, jij automatisch zou gaan geloven. Zoals ik heb geprobeerd uit te leggen, is dat niet het geval, en misschien wil je levensstroom in feite wel niet eens zo’n ervaring. Wat je levensstroom echt wil, is het Christusbewustzijn krijgen, zodat je geen uiterlijk bewijs nodig hebt, omdat je dan de waarheid vanuit een innerlijke bron kent. Je zou misschien kunnen zeggen dat wat jij nodig hebt, niet geloof is, maar zekerheid en dat krijg je alleen maar door een innerlijke ervaring. Je moet je uiterlijke geloof vervangen door innerlijk weten. Denk daarom eens na over deze uitspraak:
Zoek liever eerst het koninkrijk van God en zijn gerechtigheid, dan zullen al die andere dingen eraan toegevoegd worden. (Matteüs 6:33)
Het koninkrijk van God is het Christusbewustzijn. Dus in plaats van te streven naar een bovennatuurlijke ervaring, gebruik je de middelen die ik op deze website geeft om bewust contact te maken met je Christuszelf. Je kunt nooit zekerheid in het leven krijgen zolang je geloof op het zand van het dualistische, of natuurlijke, gemoedstoestand, wordt gebouwd. Je kunt alleen maar zekerheid krijgen wanneer jouw geloof op de rots van Christus wordt gebouwd – en die rots zit binnenin jou.
Dus je weet nu waarom God de mensen geen meer tekenen en wonderen geeft. Ik begrijp dat jij, wanneer een geliefde sterft, natuurlijk de wens hebt te weten of het goed met hen gaat. Maar als je een paar boeken bestudeert over bijna-doodervaringen en naar de innerlijke stem van je Christuszelf luistert, krijg jij altijd de bevestiging die je nodig hebt. Opnieuw, de religieuze dogma’s die reïncarnatie ontkennen (zie elders voor meer details) verhindert eigenlijk dat je de innerlijke wetenschap krijgt dat je geliefden niet echt dood zijn, maar eenvoudig naar een ander huis in het huis van mijn Vader zijn verhuisd.
Mijn punt is dat als jij naar een hoger niveau van spiritueel gewaarzijn wilt, jij verder moet kijken dan de verwachtingen die uit je religieuze achtergrond ontstaan en beginnen te luisteren naar mijn stem in jouw hart. Alleen in je hart vind je waar je naar op zoek bent en ontvang je waar je om vraagt. Als je mijn innerlijke stem het zwijgen oplegt, zul je de bovennatuurlijke ontmoeting voor onbepaalde tijd opschuiven. Als je echt je hart opent voor jouw Christuszelf, kan de ontmoeting in een oogwenk plaatsvinden.